Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/1470/GA, 22 september 2015, beroep
Uitspraakdatum:22-09-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 15/1470/GA

betreft: [klager] datum: 22 september 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de penitentiaire inrichting (p.i.) Groot Alphen,

gericht tegen een uitspraak van 13 april 2015 van de alleensprekende beklagrechter bij de voormelde p.i., gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 27 augustus 2015, gehouden in de p.i. Amsterdam Over-Amstel, is gehoord [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de p.i. Groot-Alphen.

Hoewel klager, die zich inmiddels in vrijheid bevindt, op behoorlijke wijze was opgeroepen, is hij niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft een disciplinaire straf van zeven dagen opsluiting in een strafcel wegens fysiek geweld tegen een medegedetineerde.

De beklagrechter heeft het beklag gegrond verklaard en een tegemoetkoming van € 70,= toegekend op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Tijdens de zitting van de beklagrechter kon geen schriftelijk verslag worden overgelegd. In beroep is dit verslag wel ingebracht. Ondanks de
mededeling dat het verslag niet aan klager is aangezegd, leert de jarenlange ervaring dat het altijd gebeurt. De directeur deelt het verslag aan de gedetineerde mede voordat hij naar de strafcel wordt gebracht.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Anders dan bij de beklagrechter is er in beroep wel een schriftelijk verslag dat ten grondslag ligt aan de strafoplegging. In het verslag van 12 november 2014 staat echter dat aan de gedetineerde deze verslaglegging niet is medegedeeld. Ondanks de
verklaring van de directeur hieromtrent dat dit altijd gebeurt, is onvoldoende met feiten en omstandigheden onderbouwd dat het verslag daadwerkelijk aan klager is aangezegd. De bestreden beslissing van de directeur voldoet derhalve niet aan de daaraan
verbonden wettelijke vereisten als bedoeld in artikel 50, eerste lid, van de Pbw. Reeds gelet hierop dient het beklag op formele grond gegrond te worden verklaard. De beroepscommissie zal het beroep van de directeur ongegrond verklaren en de uitspraak
van de beklagcommissie bevestigen met wijziging van de gronden. Nu sprake is van een formeel gebrek kan worden volstaan met de tegemoetkoming van een lager bedrag.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met wijziging van de gronden. Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 25,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M.M. Boone en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S. Blankenspoor, secretaris, op 22 september 2015

secretaris voorzitter

Naar boven