Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/2642/GB, 27 november 2015, beroep
Uitspraakdatum:27-11-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/2642/GB

Betreft: [klager] datum: 27 november 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.M. Poortinga, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 6 augustus 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 17 mei 2014 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Zwolle. Op 23 juli 2015 is hij overgeplaatst naar de p.i. Lelystad, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft verzocht om plaatsing in een b.b.i. Hij bevindt zich thans nog in voorlopige hechtenis omdat hij hoger beroep heeft aangetekend tegen het veroordelende vonnis van de rechtbank. Omdat het gerechtshof heeft bepaald dat nog een aantal
getuigen
moet worden gehoord, kan de behandeling van dat hoger beroep nog enige tijd in beslag nemen en is het niet redelijk om het verloop van die procedure af te wachten alvorens hem in de gelegenheid te stellen te faseren. Klager is ontkennende verdachte.
Hij
heeft inmiddels een nieuw verlofadres opgegeven bij de inrichting zodat het verlofadres geen aanleiding kan zijn om de fasering van klager tegen te houden. Voor zover de reclassering stelt dat er bij klager sprake is van een hoog-gemiddeld
recidiverisico, geldt dat die conclusie is gebaseerd op een beperkt en onvolledig onderzoek. Klager betwist die conclusie. Verder geldt dat in klagers ogen de recidivekans niet mag worden meegewogen nu hij een ontkennende verdachte is. Zijn gedrag in
de
inrichting is blijkens het selectieadvies goed en hij heeft onder meer meegewerkt aan de cursus “Kiezen voor Verandering”. Klager wil aan een aantal trainingen niet meewerken omdat hij immers ontkent schuldig te zijn aan hetgeen hem wordt verweten.
Klager benadrukt nog dat hij een zeer goede band heeft met zijn familie waardoor bij die familie sprake is van een uitstekende, recidive beperkende, plaats.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager heeft inmiddels een ander verlofadres opgegeven aan zijn casemanager. Dit adres wordt op dit moment beoordeeld op de geschiktheid daarvan. Door de reclassering is een hoog recidiverisico vastgesteld. Omdat klager het delict stellig ontkent,
wordt
de opmaak van een goed detentieplan bemoeilijkt. Ook wil klager aan een aantal hem aangeboden trainingen niet deelnemen omdat hij zich niet wil ‘verlagen’. Omdat een aanvaardbaar verlofadres ontbreekt en er sprake is van weigeringsgronden als genoemd
in
artikel 4, aanhef en onder f, g, i en j, van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, voldoet klager niet aan de vereisten voor plaatsing in een b.b.i.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden kunnen in een beperkt beveiligde inrichting gedetineerden worden geplaatst die een beperkt vlucht- en maatschappelijk risico vormen, een strafrestant
hebben van maximaal achttien maanden, beschikken over een aanvaardbaar verlofadres en die zijn gepromoveerd (wijziging van de Regeling met ingang van 1 maart 2014, Stcrt. 2014, nr. 4617).

4.2. Uit de inlichtingen van de selectiefunctionaris is naar voren gekomen dat het door klager op 7 september 2015 aan de inrichting doorgegeven gewijzigde verlofadres als aanvaardbaar verlofadres wordt aangemerkt. Hierdoor zijn de door de
selectiefunctionaris in zijn reactie genoemde weigeringsgronden thans niet meer aan de orde. Gelet daarop kan de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris, met de kennis van nu oordelend, niet in stand blijven omdat de aan de beslissing ten
grondslag gelegde redenen zijn vervallen. Het beroep zal daarom gegrond worden verklaard en aan de selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na
ontvangst daarvan.
De beroepscommissie acht, nu het gewijzigde verlofadres pas is opgegeven nadat de selectiefunctionaris heeft beslist, geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 27 november 2015.

secretaris voorzitter

Naar boven