Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/2693/GB, 25 augustus 2015, beroep
Uitspraakdatum:25-08-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/2693/GB

Betreft: [klager] datum: 25 augustus 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 12 augustus 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de oproep zich op 2 september 2015 te melden in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Almere ongegrond verklaard.

2. De feiten
Op 31 juli 2015 is klager opgeroepen zich op 2 september 2015 te melden in de gevangenis van de p.i. Almere voor het ondergaan van 14 dagen gevangenisstraf. Op 4 augustus 2015 heeft klager hiertegen een bezwaarschrift ingediend dat op 12 augustus 2015
ongegrond is verklaard.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht. Klager wil weten welke bewijsstukken de selectiefunctionaris nodig heeft. Hij wil niet het risico lopen zijn huis en gezin kwijt te raken. Klager wist niet dat het vonnis
onherroepelijk was. Klager verzoekt om uitstel van zijn meldplicht dan wel omzetting van de gevangenisstraf in een taakstraf.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht. Voorop staat de noodzaak tot tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf. Slechts in zeer uitzonderlijke gevallen wordt uitstel verleend. In
bezwaar is klager verzocht bewijsstukken over te leggen. Helaas zijn bewijsstukken niet ontvangen, zodat geen toetsing kan plaatsvinden.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de p.i. Almere is een gevangenis voor mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager verzoekt om uitstel van zijn meldplicht, omdat hij vreest zijn werk, huis en gezin kwijt te raken. Klager is opgeroepen voor het ondergaan van een gevangenisstraf voor de duur van veertien dagen. Hetgeen klager heeft aangevoerd omtrent
zijn persoonlijke situatie is naar het oordeel van de beroepscommissie, alleen al bij gebrek aan een feitelijke onderbouwing, geen reden om klager uitstel te verlenen van zijn meldplicht. Voor zover klager verzoekt de gevangenisstraf in een taakstraf
om
te zetten, geldt dat een beslissing tot omzetting niet tot de bevoegdheid van de selectiefunctionaris en de beroepscommissie behoort. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in
aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 25 augustus 2015

secretaris voorzitter

Naar boven