Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/0904/GA, 24 augustus 2015, beroep
Uitspraakdatum:24-08-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 15/904/GA

betreft: [klager] datum: 24 augustus 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 6 maart 2015 van de beklagcommissie bij de locatie Roermond,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 26 juni 2015, gehouden in de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, is namens de directeur de heer [...], juridisch medewerker, gehoord.

Klager heeft geen gebruik gemaakt van de hem geboden gelegenheid om ter zitting door de beroepscommissie te worden gehoord.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de oplegging van een ordemaatregel van plaatsing in afzondering in een afzonderingscel voor de duur van veertien dagen.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager verbleef in de zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) van de locatie Ter Peel. Op 12 januari 2015 werd hij voor verhoor meegenomen door de
politie. Op 14 januari 2015 is hij vanuit het politiebureau rechtstreeks overgebracht naar de locatie Roermond. In Roermond is aan klager een ordemaatregel opgelegd. Deze ordemaatregel is onvoldoende gemotiveerd en prematuur. De ordemaatregel is
kennelijk als tijdelijke maatregel opgelegd, in afwachting van een beslissing van de selectiefunctionaris.

Namens de directeur is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager werd verdacht van woninginbraak en werd meegenomen door de politie voor verhoor. In het kader daarvan heeft de directeur de
selectiefunctionaris geadviseerd om klager terug te plaatsen naar een normaal beveiligde inrichting. Gelet op het feit dat klager in een z.b.b.i. verbleef, ontstond er ontvluchtingsgevaar na kennisname van het advies tot terugplaatsing. In afwachting
van de beslissing van de selectiefunctionaris is aan klager derhalve een ordemaatregel opgelegd, welke vervolgens extern ten uitvoer is gelegd in de locatie Roermond. De ordemaatregel heeft in totaal twee dagen geduurd.

3. De beoordeling
Ingevolge artikel 23, eerste lid onder a, van de Pbw, kan de directeur een gedetineerde uitsluiten van deelname aan een of meer activiteiten, indien dit in het belang is van de handhaving van de orde of veiligheid in de inrichting dan wel indien dit in
het belang van een ongestoorde tenuitvoerlegging van de vrijheidsbeneming noodzakelijk is. Ingevolge artikel 24, eerste lid, van de Pbw is de directeur bevoegd een gedetineerde in afzondering te plaatsen op de gronden als genoemd in artikel 23, eerste
lid, van de Pbw.

Op grond van artikel 25, eerste lid, van de Pbw kan de tenuitvoerlegging in een andere inrichting of afdeling worden ondergaan indien de tenuitvoerlegging van de afzondering in de inrichting of afdeling waarin zij is opgelegd op ernstige bezwaren
stuit.

In het kader van verdenking van woninginbraak, heeft de directeur een advies uitgebracht aan de selectiefunctionaris om klager van de z.b.b.i. van de locatie Ter Peel terug te plaatsen naar een normaal beveiligde inrichting. Bij voortgezet verblijf in
de z.b.b.i. is er ontvluchtingsgevaar, terwijl de z.b.b.i. niet beschikt over afzonderingscellen. In afwachting van overplaatsing is aan klager derhalve een ordemaatregel van plaatsing in afzondering in een afzonderingscel opgelegd, welke extern ten
uitvoer is gelegd in de locatie Roermond.

Door klagers kennisname van het advies tot overplaatsing ontstond ontvluchtingsgevaar, nu hij verbleef in een inrichting met een open karakter en met ruime vrijheden voor gedetineerden. Gelet daarop heeft de directeur in redelijkheid kunnen beslissen
om
klager, in afwachting van overplaatsing, een ordemaatregel op te leggen en deze, op grond van artikel 25, eerste lid, van de Pbw ten uitvoer te leggen in de locatie Roermond. De beroepscommissie zal het beroep derhalve ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met aanvulling van de gronden.

Aldus beslist in raadkamer door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. P.C. Vegter, voorzitter, dr. A.M. van Kalmthout en dr. H.G. van de Bunt, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Blankenspoor, secretaris, op 26 juni 2015 en verzonden op 24 augustus 2015.
Deze beslissing is bij ontstentenis van de voorzitter getekend door dr. A.M. van Kalmthout en de secretaris.

Secretaris lid van de Raad

Naar boven