Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/1503/GB, 2 juli 2015, beroep
Uitspraakdatum:02-07-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/1503/GB

Betreft: [klager] datum: 2 juli 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 12 mei 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft beslist tot plaatsing van klager in de zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) van de locatie Scheveningen met aansluitend deelname aan een penitentiair programma (p.p.) (een zogenaamd gestapeld traject).

2. De feiten
Klager is sedert 1 juli 2013 gedetineerd. Klager verbleef in de gevangenis van de penitentiaire inrichting Nieuwegein. Op 12 mei 2015 is hij geselecteerd voor plaatsing in een z.b.b.i in het kader van een gestapeld traject. De selectiefunctionaris
heeft
daarbij de directeur geadviseerd vrijheden te verlenen onder elektronisch toezicht en klager een contactverbod en locatieverbod op te leggen. Inmiddels is klager op 19 juni 2015 geplaatst in de z.b.b.i. van de locatie Scheveningen.

3. Ontvankelijkheid
3.1 In artikel 72, eerste lid, van de Pbw is bepaald dat klager het recht heeft een met redenen omkleed beroepschrift in te dienen tegen de beslissing van de selectiefunctionaris op het bezwaar- of verzoekschrift voor zover dit betreft een gehele
of
gedeeltelijke ongegrondverklaring, onderscheidenlijk afwijzing als bedoeld in artikelen 17 en 18 Pbw.

3.2 In het onderhavige geval heeft de selectiefunctionaris klagers verzoek tot plaatsing in een z.b.b.i. in het kader van een gestapeld traject ingewilligd en daarbij de directeur geadviseerd vrijheden te verlenen onder elektronisch toezicht en
klager een contactverbod en locatieverbod op te leggen. Klagers beroep richt zich tegen het advies vrijheden te verlenen onder elektronisch toezicht. Dit advies betreft geen beslissing waartegen beroep openstaat. Nu de bestreden beslissing geen
afwijzing van het verzoekschrift betreft en tegen voornoemd advies geen beroep open staat, kan klager niet in beroep worden ontvangen. Om deze reden dient klager niet-ontvankelijk te worden verklaard in zijn beroep.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. A. van Holten, leden, in tegenwoordigheid van
E.M. Breugem, secretaris, op 2 juli 2015

secretaris voorzitter

Naar boven