Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/1269/GB, 29 mei 2015, beroep
Uitspraakdatum:29-05-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/1269/GB

Betreft: [klager] datum: 29 mei 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. D.G. Peters, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 16 april 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen het niet verlenen van uitstel om zich te melden in de gevangenis van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Lelystad ongegrond verklaard.

2. De feiten
Op 24 maart 2015 is klager opgeroepen zich op 7 april 2015 te melden in de gevangenis van de p.i. Lelystad voor het ondergaan van 42 dagen hechtenis. Aan deze oproep geeft klager geen gehoor. Voorts heeft hij niet binnen de daarvoor gestelde termijn
bezwaar gemaakt tegen deze oproep. Op 10 april 2015 verzoekt klager vervolgens om een nieuwe oproep. Op 13 april 2015 wordt klager bericht dat hij de status van zelfmelder heeft verloren. Op 16 april 2015 wordt het hiertegen gerichte bezwaarschrift van
15 april 2015 ongegrond verklaard en medegedeeld dat klager geen nieuwe oproep krijgt.

3. Ontvankelijkheid
Door geen gehoor te geven aan de oproep om zich op 7 april 2015 te melden in de gevangenis van de p.i. Lelystad, heeft klager zich onttrokken aan detentie. In de door klager overgelegde stukken is geen reden vermeld waarom hij zich niet heeft gemeld op
7 april 2015. Met de selectiefunctionaris is de beroepscommissie van oordeel dat klager door zich aan de detentie te onttrekken inderdaad zijn status als zelfmelder heeft verloren. Bij de beoordeling van het beroep heeft klager dan ook geen belang. Om
deze reden dient klager niet-ontvankelijk te worden verklaard in zijn beroep.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. A. van Holten, leden, in tegenwoordigheid van
E.M. Breugem, secretaris, op 29 mei 2015

secretaris voorzitter

Naar boven