Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/4757/GA, 17 maart 2015, beroep
Uitspraakdatum:17-03-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 14/4757/GA

Betreft: [klager] datum: 17 maart 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. F.S. Jansen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een voorgenomen beslissing van 23 december 2014 van de directeur van het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) Scheveningen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

De beroepscommissie heeft de directeur van voornoemd PPC in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman
mr. F.S. Jansen om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
Het beroep betreft de voorgenomen beslissing van de directeur van
23 december 2014, inhoudende dat klager zal worden verplicht tot het ondergaan van een onvrijwillige geneeskundige behandeling als bedoeld in artikel 46d, aanhef en onder a, van de Pbw (verder: a-dwangbehandeling).

2. De beoordeling
Op 23 december 2014 heeft de directeur kenbaar gemaakt dat hij voornemens is ten aanzien van klager een a-dwangbehandeling toe te passen. Op 24 december 2014 heeft klagers raadsman beroep tegen die voorgenomen beslissing ingesteld.

Tegen een voorgenomen beslissing als bedoeld in artikel 22e, eerste lid, van de Penitentiaire maatregel staat geen beroep op grond van artikel 72, derde lid, van de Pbw open. Enkel tegen een definitieve beslissing tot toepassing van a-dwangbehandeling,
als bedoeld in artikel 46e, eerste lid, van de Pbw, kan op grond van artikel 72, derde lid, van de Pbw rechtstreeks beroep worden ingesteld (vgl. beroepscommissie 3 december 2013, 13/2616/GA). Klager zal daarom in zijn beroep niet-ontvankelijk worden
verklaard.

3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
mr. F.A. Groeneveld, secretaris, op 17 maart 2015

secretaris voorzitter

Naar boven