Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/0107/JA, 29 april 2015, beroep
Uitspraakdatum:29-04-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 15/107/JA

betreft: [klager] datum: 29 april 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 74, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op 9 november 1996, verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 1 december 2014 van de alleensprekende beklagrechter bij de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) Den Hey-Acker te Breda, voor zover daarbij een tegemoetkoming is toegekend,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde j.j.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagrechter heeft een tegemoetkoming van € 10,= toegekend vanwege de gegrondverklaring van klagers beklag betreffende de ordemaatregel uitsluiting van activiteiten op de groep en verblijf op de kamer op 28 november 2014, op de gronden als in de
aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Het door de beklagrechter toegekende bedrag van € 10,= is te laag. In het boekje rechtspositie jeugdigen in jeugdinrichtingen staat dat de vergoeding voor ten onrechte verblijf op de kamer en bedrag van €
2,25 per uur van verblijf op de kamer is.

De directeur heeft daarop niet gereageerd..

3. De beoordeling
De beroepscommissie kan zich verenigen met de door de beklagrechter toegekende tegemoetkoming van € 10,=. De tegemoetkoming waarvan klager in zijn beroepschrift spreekt is destijds toegekend in de situatie dat een jeugdige, buiten zijn toedoen, door
structureel gebrek aan personeel op zijn kamer moest verblijven. Daarvan is in klagers geval geen sprake. De beroepscommissie kent in geval van afzondering, kamerplaatsing of opsluiting in een strafcel doorgaans een tegemoetkoming van € 10,= per dag
toe. De beroepscommissie zal het beroep daarom ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter voor zover het beroep daarop ziet.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M.J.C. Koens, voorzitter, dr. F. Boer en drs. H. Heddema, leden, bijgestaan door mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 29 april 2015.

secretaris voorzitter

Naar boven