Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 02/1569/TA, 14 oktober 2002, beroep
Uitspraakdatum:14-10-2002

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 02/1569/TA

betreft: [klager] datum: 14 oktober 2002

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennis genomen van een op 26 juli 2002 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 21 juni 2002 van de beklagcommissie bij de tbs-kliniek De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 28 augustus 2002, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Overijssel, locatie Zwolle te Zwolle, is klager gehoord. Hiervan is het aangehechte verslag opgemaakt.
Het hoofd van de inrichting is niet ter zitting verschenen en heeft tevoren niet laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft
a. Het toedienen van dwangmedicatie op 1 mei 2002;
b. Het verwijderen van een bandje en een CD met antisemitische teksten en een toespraak van Hitler van klagers kamer;
c. Het nog niet gereed zijn van een behandelplan;
d. Het afsluiten van water op klagers kamer.

De beklagcommissie heeft klager voor wat betreft onderdeel a., c. en d., voor zover dit de zorgplicht van het hoofd van de inrichting betreft, niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag en voor wat betreft onderdeel b. en d.,overigens, het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Ten aanzien van onderdeel c. van het beklag heeft klager het beroep ingetrokken.
Klager heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Voor wat betreft onderdeel a. van het beklag kon klager niet eerder in beklag gaan omdat hij in de separeer verbleef en hij niet inbeklag mocht gaan. Klager heeft drie keer dwangmedicatie gehad en wist niet dat hij iedere keer in beklag moest gaan.
Voor wat betreft onderdeel b. merkt klager op dat nu alles uit zijn kamer is verwijderd.
Voor wat betref onderdeel d. merkt klager op dat hij eerder in het huis van bewaring een cel onder water heeft gezet en dat toen slechts een week het water werd afgesloten. Klager heeft geprobeerd om in zijn kamer in detbs-inrichting een bad te maken. Dit mislukte. Vervolgens is gelijk het water helemaal afgesloten.

Het hoofd van de inrichting heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Gelet op hetgeen klager met betrekking tot onderdeel c. van het beklag heeft verklaard, stelt de beroepscommissie vast dat dit deel van het beroep is ingetrokken.

De beroepscommissie komt ten aanzien van de onderdelen a. en b. tot het oordeel dat de beklagcommissie op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

Voor wat betreft onderdeel d. van de klacht overweegt de beroepscommissie dat zij dit niet opvat als een beklag gericht tegen de zorgplicht van het hoofd van de inrichting als bedoeld in artikel 42 vierde lid van de Bvt maar alsgericht tegen de beslissing om klagers watervoorziening op zijn kamer af te sluiten. Nu zulks geen beslissing betreft die een beperking inhoudt van een recht dat klager op grond van enige van toepassing zijnde regelgeving toekomt,zal zij de beslissing van de beklagcommissie vernietigen en opnieuw rechtdoende, klager alsnog voor wat betreft het gehele onderdeel d. niet-ontvankelijk verklaren in het beklag.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart voor wat betreft onderdeel a. en b. het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.
De beroepscommissie verklaart het beroep voor wat betreft onderdeel d. gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beklag.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. E.J. Hofstee en dr. F. Koenraadt, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 14 oktober 2002

secretaris voorzitter

nummer: 02/1569/TA

betreft :[...], verder klager te noemen.

Verslag van het behandelde ter zitting van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden van 28 augustus 2002, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Overijssel, locatieZwolle te Zwolle.

Samenstelling van de beroepscommissie:
voorzitter: mr. N. Jörg
leden: mr. E.J. Hofstee en dr. F. Koenraadt.
De beroepscommissie is bijgestaan door de secretaris mr. H.S. van Gemert.

Gehoord is klager.

Het hoofd van de inrichting is niet ter zitting verschenen en heeft ook tevoren niet aangekondigd dat hij verhinderd zou zijn om ter zitting te verschijnen.

Door klager is - zakelijk weergegeven - het volgende aangevoerd.
Ten aanzien van onderdeel c. van het beklag trekt klager het beroep in.
Voor wat betreft onderdeel a. van het beklag kon klager niet eerder in beklag gaan omdat hij in de separeer verbleef en hij niet in beklag mocht gaan. Klager heeft drie keer dwangmedicatie gehad en wist niet dat hij iedere keer inbeklag moest gaan.
Voor wat betreft onderdeel b. merkt klager op dat nu alles uit zijn kamer is verwijderd.
Voor wat betref onderdeel d. merkt klager op dat hij eerder in het huis van bewaring een cel onder water heeft gezet en dat toen slechts een week het water werd afgesloten. Klager heeft geprobeerd om in zijn kamer in detbs-inrichting een bad te maken. Dit mislukte. Vervolgens is gelijk het water helemaal afgesloten.

secretaris voorzitter

Naar boven