Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 02/1169/GB, 21 oktober 2002, beroep
Uitspraakdatum:21-10-2002

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 02/1169/GB

Betreft: [klager] datum: 21 oktober 2002

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 13 juni 2002 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [...] 1980, verder te noemen klager,

gericht tegen een op 6 juni 2002 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de afdeling voor Jong Volwassen gedetineerden (JOVO) van het huis van bewaring (h.v.b.) Noordsingel teRotterdam ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1 Klager is sedert 12 april 2002 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. Dordtse Poorten te Dordrecht. Vanuit dit h.v.b. is hij geherselecteerd voor de JOVO-afdeling van het h.v.b. Noordsingel teRotterdam. Deze overplaatsing is op 15 juli 2002 gerealiseerd.

3 De standpunten
3.1 Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
De selectiefunctionaris heeft klagers bezwaar tegen plaatsing op de JOVO-afdeling van het h.v.b. Noordsingel te Rotterdam afgewezen, omdat de reisafstand voor klagers familie niet onoverkomelijk zou zijn. Klagers vriendin woontechter in Alphen aan den Rijn en moet voordat zij klager kan bezoeken eerst zijn kind ophalen uit Dordrecht. Vervolgens zou zij dus naar Rotterdam moeten om klager te kunnen bezoeken, waarna zij eerst terug zou moeten naar Dordrechtom klagers kind naar huis te brengen en uiteindelijk daarvandaan pas zelf terug zou kunnen naar Alphen aan den Rijn. Op deze manier wordt een (wekelijks) bezoek aan klager wel erg tijdrovend en duur.

3.2 De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is geselecteerd voor de JOVO-afdeling van het h.v.b. Noordsingel op basis van zijn leeftijd en de indicatiestelling voor een dergelijke afdeling. Bij het bepalen van de inrichting is rekening gehouden met klagers woonplaats,de woonplaats van zijn kind en het arrondissement waar klager wordt vervolgd (alle Dordrecht). De dichtstbijzijnde JOVO-afdeling is in het h.v.b. Noordsingel te Rotterdam. Alle andere JOVO-afdelingen zijn (nog) verder verwijderd vanklagers woonplaats. De reisafstand voor klagers bezoek acht de selectiefunctionaris niet onoverkomelijk. Het is echter klagers privé-situatie die het bezoek enigszins complex maakt. Dat het bezoek aan klager voor klagers vriendin opdeze manier tijdrovend en kostbaar is, is inherent aan zijn detentiesituatie. Klagers vriendin kan overigens een beroep doen op de bijzondere bijstand van de gemeente waar zij woonachtig is.

4 De beoordeling
4.1 Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte in afwachting van zijn plaatsing in een gevangenis, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2 De beroepscommissie stelt vast dat klager op 21 mei 2002 is geselecteerd voor de JOVO-afdeling van het h.v.b. Noordsingel te Rotterdam. Op 6 juni 2002 is het bezwaarschrift van klager tegen deze beslissing ongegrondverklaard.
Volgens de toen geldende wettelijke bestemmingsaanwijzingen (welke op respectievelijk 1 april 2002 en 3 juni 2002 in werking zijn getreden) kende het h.v.b. Noordsingel geen JOVO-afdeling. Eerst bij Ministerieel besluit van 26 juli2002 (nr. 5178918/02/DJI), dat met terugwerkende kracht per 1 juli 2002 in werking is getreden, is het h.v.b. Noordsingel (gedeeltelijk) aangewezen als afdeling voor psychologisch onvolwassenen.
De beroepscommissie stelt vast dat de afdeling waarvoor klager is geselecteerd (en waar hij inmiddels is geplaatst) ten tijde van de selectiebeslissing geen JOVO-bestemming had. Nu de betreffende afdeling inmiddels alsnog alszodanig is aangewezen, zal zij hieraan geen verdere betekenis toekennen.

4.3 Het h.v.b. Noordsingel te Rotterdam is onder andere aangewezen als inrichting voor mannen met een standaardregime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau alsmede als inrichting voor bijzondere opvang alsbedoeld in artikel 16 Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden. Volgens dit laatste artikel worden in inrichtingen of op afdelingen voor de bijzondere opvang van psychologisch onvolwassenen onder meergedetineerden geplaatst die ouder zijn dan 17 jaar en die zich door hun gedrag kenmerken als psychologisch onvolwassen.
Psychologische onvolwassenheid kenmerkt zich in algemene zin door een gebrek aan vaardigheden die een belemmerend effect hebben op de persoonlijke ontwikkeling. Voorts kan gesteld worden dat gedetineerden in de leeftijd van 16 totindicatief 24 jaar zich in een relatief kwetsbare periode van hun ontwikkeling bevinden.
Om te bepalen of een gedetineerde gebaat is bij plaatsing in een inrichting of op een afdeling voor psychologisch onvolwassenen, of in een inrichting of op een afdeling voor psychologisch volwassenen vindt indicatiestelling plaats.

Gelet op de tekst van artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden aanhef en onder b, valt klager qua leeftijd onder de categorie gedetineerden die op een JOVO-afdeling kunnen worden geplaatst.Voorts is uit klagers indicatiestelling onder meer gebleken dat hij first offender is en dat hij verdacht wordt van het plegen van een geweldsdelict terwijl hij bovendien agressief gedrag vertoont. Deze combinatie van factoren maaktdat hij eveneens voldoet aan het tweede criterium van artikel 16 van de genoemde Regeling.

Gelet op het vorenstaande kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris niet worden aangemerkt als in strijd met de wet en, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen enomstandigheden, evenmin als onredelijk of onbillijk. Hetgeen klager heeft aangevoerd over de bezoekmogelijkheden van zijn vriendin en zijn kind is onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel te kunnen komen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. D.R. Kruithof, secretaris, op 21 oktober 2002

secretaris voorzitter

Naar boven