Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/4901/GA, 23 februari 2015, beroep
Uitspraakdatum:23-02-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/4901/GA

betreft: [klager] datum: 23 februari 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

een juridisch medewerker van de locatie Zwaag te Hoorn,

gericht tegen een uitspraak van 15 december 2014 van de alleensprekende beklagrechter bij voormelde locatie, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
De uitspraak waarvan beroep is op 18 december 2014 aan klager en de directeur toegezonden. Het beroepschrift dateert van 5 januari 2015 en is op het secretariaat van de Raad ontvangen op 5 januari 2015.
Ingevolge artikel 69, eerste lid, Pbw moet het met redenen omklede beroepschrift uiterlijk op de zevende dag na die van de ontvangst van het afschrift van de uitspraak onderscheidenlijk na die van de mondelinge mededeling van de uitspraak worden
ingediend. De juridisch medewerker geeft in het beroepschrift aan dat de uitspraak op 18 december 2014 op het secretariaat van de locatie Zwaag is ontvangen en dat zij de uitspraak, in verband met de feestdagen, pas op 5 januari 2015 onder ogen heeft
gekregen.
De Pbw kent ten aanzien van de beroepstermijn niet de mogelijkheid van een verschoonbare overschrijding zoals ten aanzien van de beklagtermijn.
De juridisch medewerker heeft, gelet op het vorenstaande, niet tijdig beroep ingesteld.

Ten overvloede merkt de beroepscommissie op dat een juridisch medewerker niet bevoegd is om een beroep in te stellen, zonder daartoe gemachtigd te zijn.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart de juridisch medewerker niet-ontvankelijk in het beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
C.R.M. Piederiet, secretaris, op 23 februari 2015

Naar boven