Nummer: 14/4115/GB
Betreft: [klager] datum: 14 november 2014
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. drs. P.A.M. van Hoef, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 28 oktober 2014 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de oproep zich op 17 november 2014 te melden in de penitentiaire inrichting (p.i.) Arnhem Zuid ongegrond verklaard.
2. De feiten
Op 16 oktober 2014 is klager opgeroepen zich op 13 november 2014 te melden in de p.i. Arnhem Zuid voor het ondergaan van gevangenisstraf voor de duur van 15 dagen. Op 22 oktober 2014 heeft klager hiertegen een bezwaarschrift ingediend dat op 28
oktober
2014 ongegrond is verklaard. In het kader van de beroepsprocedure is de melddatum uitgesteld tot 17 november 2014.
3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager meent dat de straf nog niet onherroepelijk is. Klagers vrouw is hoogzwanger. Er is niemand die zijn vrouw kan helpen. Klager heeft verder een infectie in zijn lies, waarvoor hij
wellicht moet worden geopereerd. Klager verzoekt de tenuitvoerlegging van gevangenisstraf uit te stellen tot na klagers revalidatie en tot na de geboorte van zijn kind of om omzetting naar een taakstraf.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. De gevolgen van een vrijheidsstraf zijn voor rekening en risico van de veroordeelde. Slechts in uitzonderlijke omstandigheden wordt uitstel verleend. Volgens het OM is
de aan klager opgelegde vrijheidsstraf onherroepelijk. Omzetting naar een taakstraf is niet mogelijk.
4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Klager heeft niet aannemelijk gemaakt dat tegen de aan
hem door de politierechter te Utrecht opgelegde vrijheidsstraf enig rechtsmiddel is aangewend, zodat van de onherroepelijkheid van de straf moet worden uitgegaan. Klagers stellingen omtrent zijn liesproblemen zijn niet met medische verklaringen
onderbouwd. Voorts heeft klager niet aannemelijk gemaakt dat in verband met de zwangerschap van zijn vrouw zijn aanwezigheid noodzakelijk is. Mitsdien zal het beroep ongegrond worden verklaard.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Kokee, secretaris, op 14 november 2014
secretaris voorzitter