Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/2024/GA, 2 september 2014, beroep
Uitspraakdatum:02-09-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/2024/GA

betreft: [klager] datum: 2 september 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J. Serrarens, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 28 mei 2014 van de beklagcommissie bij de locatie De Schie te Rotterdam,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 11 augustus 2014, gehouden in de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Amsterdam Over-Amstel, is gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. J. Serrarens.
De directeur van de locatie De Schie heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen en verzocht om de behandeling van het beroep aan te houden.

De beroepscommissie heeft de directeur verzocht te informeren of de bezoeklijsten sinds 28 mei 2014 zijn gewijzigd. De nadere inlichtingen zijn op 22 augustus 2014 ontvangen en een afschrift daarvan is ter kennisneming naar klager en diens raadsvrouw
gestuurd.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat, ondanks een toezegging van de directeur, geen fruit wordt aangeboden volgens de “schijf van vijf” en het feit dat de privacy van klager wordt geschonden en de veiligheid van zijn kinderen in gevaar wordt gebracht.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De kwaliteit en de variatie van het verstrekte fruit laten te wensen over. Op 6 december 2013 is dit in het gedetineerdencommissie (gedeco)-overleg besproken met de directeur, maar de variatie is nog steeds ver te zoeken. Er worden voornamelijk appels
en sinaasappels verstrekt, soms bananen en mandarijnen. De gedeco heeft dit onderwerp niet opnieuw aangekaart, maar dit probleem speelt nog altijd. Klager heeft fruit meegenomen ter zitting en hij verstrekt een lijst van de fruitverstrekking per dag
van
afgelopen jaren. Soms ontving klager half verrot fruit. Als klager zich dan wendde tot het personeel, kreeg hij het antwoord dat klager een stuk van het fruit kon afsnijden. Een enkele keer is geen fruit verstrekt, maar klager heeft zich daar niet
apart
over beklaagd.
Klager is deelnemer aan het project ouder-kind-detentie (OKD). Sinds begin 2014 worden lijsten verstrekt aan alle OKD-deelnemers met volledige namen daarop vermeld. Ook gedetineerden van andere afdelingen staan daarop vermeld. Klager kent deze
medegedetineerden niet. Met deze medegedetineerden ontvangt klager de kinderen in de bezoekzaal. Het beklag ziet erop dat klager zijn naam niet bekend hoeft te zijn bij die medegedetineerden en andersom. Klagers privacy wordt geschonden en zijn
kinderen
lopen gevaar.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt schriftelijk als volgt toegelicht.
De eindverantwoordelijke van het OKD-project zorgt ervoor dat de OKD-lijsten persoonlijk uitgedeeld worden onder de OKD-deelnemers. Deze lijsten worden derhalve alleen bekend gemaakt onder de OKD-deelnemers. Deze lijsten worden niet verspreid op de
afdeling. De reden om de OKD-lijst per groep uit te reiken in plaats van één lijst per gedetineerde is efficiency. Nu wordt er één lijst uitgedraaid in plaats van tien lijsten. Voorts is een overzicht overgelegd waarop de wijze van bekendmaking van de
OKD-data geïllustreerd is.

3. De beoordeling
Op basis van de dossierstukken en hetgeen ter zitting is verhandeld acht de beroepscommissie zich voldoende voorgelicht om op het beroep te beslissen. Het aanhoudingsverzoek van de directeur wordt daarom afgewezen.

Met betrekking tot de fruitverstrekking in de inrichting overweegt de beroepscommissie dat dit beklag te algemeen van aard is. Aan alle gedetineerden in de locatie De Schie wordt op dezelfde wijze hetzelfde fruit verstrekt. Er is dan ook geen sprake
van
een klager betreffende beslissing die genomen is door de directeur zoals bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw. De beroepscommissie oordeelt dat dit beklag niet-ontvankelijk is. De beroepscommissie merkt op dat waar klager specifiek klaagt over
de kwaliteit van het fruit of over het niet ontvangen van fruit (op 28 en 29 december 2012, 12 mei 2013 en 9 augustus 3013) zich apart had kunnen beklagen. De beroepscommissie gaat er verder van uit dat de directeur erop toeziet dat in de inrichting
afwisselend en kwalitatief goed fruit wordt aangeboden.
Met betrekking tot de bezoeklijsten van OKD-deelnemers overweegt de beroepscommissie dat de directeur ter zitting van de beklagcommissie heeft aangegeven dat de lijst met OKD-data wordt gesplitst per groep. De OKD-data, detentienummers en initialen van
de gedetineerden die deelnemen aan OKD zijn dan in de eigen groep bekend. Voorts heeft de directeur verklaard dat de groepslijsten persoonlijk aan de OKD-deelnemers worden uitgereikt. De beroepscommissie acht deze gang van zaken niet onzorgvuldig. Uit
de overgelegde lijst blijkt dat de naam van de OKD-deelnemer vermeld staat en niet slechts zijn initialen. De naam van de gedetineerde die deelneemt aan OKD is in de OKD-groep bekend. De beroepscommissie is van oordeel dat deze wijze van bekendmaking
binnen de eigen groep geen ongeoorloofde inbreuk van het recht op privacy oplevert. Evenmin is aannemelijk geworden dat met deze wijze van bekendmaking, sprake is van gevaar voor de kinderen van klager die op bezoek komen. De beroepscommissie beslist
als volgt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie met betrekking tot de fruitverstrekking en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.
De beroepscommissie verklaart het beroep voor het overige ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, J.G.A. van den Brand en ing. M.J. Mulders, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 2 september 2014

secretaris voorzitter

Naar boven