Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/1728/GA, 12 september 2014, beroep
Uitspraakdatum:12-09-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/1728/GA

betreft: (klager) datum: 12 september 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. E. Kok, namens

(...), verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 21 mei 2014 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 augustus 2014, gehouden in de p.i. Vught, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. E. Kok, en (...), plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de p.i. Vught.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de beslissing om klager na zijn overplaatsing naar de p.i. Vught op de status rood te zetten en dat deze situatie voort blijft duren.

De beklagrechter heeft het beklag gegrond verklaard en geen tegemoetkoming toegekend op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De beklagrechter heeft alleen de beslissing om klager op rood te zetten beoordeeld en gegrond verklaard terwijl de klacht was gericht tegen het voortduren van deze situatie. Dat de beklagrechter geen tegemoetkoming heeft toegekend is dan ook onjuist.
Meteen bij binnenkomst heeft klager de inrichting al verzocht om hem op groen te zetten. Dit duurt normaliter een paar dagen. De p.i. heeft echter geen stappen gezet. Klager heeft veel last ondervonden van de plaatsing op rood.
Klager had in de vorige inrichting de status groen en kan dat ook bewijzen. Hij heeft verlof gehad, de Risc gedaan, de cursus kiezen voor verandering gevolgd en hij was reiniger. Dat krijg je allemaal niet als je niet groen bent. Klager is
overgeplaatst
omdat de p.i. ging sluiten. Door een misverstand is klager niet meteen na de uitspraak van de beklagrechter op groen geplaatst.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager is op 4 april 2014 binnen gekomen. Als het goed is ontvangt de inrichting dan ook een advies van de vorige inrichting met betrekking tot plaatsing van de gedetineerde in het juiste regime. Er was ten aanzien van klager geen advies en daarom is
klager in het basisregime geplaatst. Er zijn stukken opgevraagd bij de vorige inrichting, maar het onderdeel D&R plan was niet ingevuld en er was geen selectieadvies. De directeur heeft niet meer voor nadere informatie naar de vorige inrichting gebeld.
Dat is ondoenlijk want er komen wekelijks 20 tot 30 gedetineerden nieuw binnen. Daar kun je niet steeds nadere informatie over navragen. Na de uitspraak van de beklagrechter heeft de directeur een gesprek gehad met klager waarin hij afzag van
overplaatsing naar het plusregime. Hij wilde liever op de afdeling blijven. Er kon bij klager echt geen misverstand over het gesprek bestaan, want de directeur heeft hem duidelijk gewezen op de gevolgen van het blijven op de rode afdeling, geen
verlofmogelijkheden, ander dagprogramma etc. Op 4 juni 2014 is klager alsnog in het plusregime geplaatst.

3. De beoordeling
De beroepscommissie stelt vast dat klager op 4 april 2014 van de p.i. Doetinchem naar de p.i. Vught is overgeplaatst. In de p.i. Vught is klager in het basisregime geplaatst (status rood). Namens klager is op 25 april 2014 een klacht ingediend over het
voortduren van de situatie dat klager de status rood heeft (de aanhef van de klacht luidt: “SPOED i.v.m. voortdurende schending!”). De beklagrechter heeft geoordeeld dat de directeur bij de plaatsing van klager bij binnenkomst in de p.i. Vught op rood
te kort is geschoten en heeft de klacht gegrond verklaard. De beroepscommissie kan zich niet verenigen met de beslissing van de beklagrechter om geen tegemoetkoming toe te kennen nu de klacht zag op het voortduren van klagers plaatsing in het
basisregime. Klager is op 4 juni 2014 alsnog in het plusregime geplaatst. De beroepscommissie zal hem voor de periode vanaf 4 april 2014 tot 4 juni 2014 een tegemoetkoming van €40,= toekennen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie voor zover geen tegemoetkoming is toegekend.
Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 40,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, mr. A.T. Bol en dr. H.G. van de Bunt, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Jousma, secretaris, op 12 september 2014

secretaris voorzitter

Naar boven