Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/1714/GA, 24 juli 2014, beroep
Uitspraakdatum:24-07-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/1714/GA

betreft: [klager] datum: 24 juli 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de locatie Zuid te Arnhem,

gericht tegen een uitspraak van 9 mei 2014 van de beklagcommissie bij voornoemde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager, betreffende de oplegging van een disciplinaire straf van zeven dagen opsluiting in een strafcel
ingaande op
25 maart 2014, voor zover daartegen beroep is ingesteld,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beklagcommissie heeft het beklag gedeeltelijk, voor zover de disciplinaire straf is opgelegd ter zake van het inslikken van contrabande, gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

De beroepscommissie heeft de directeur van de locatie Zuid in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
De beroepscommissie is van oordeel dat op basis van het schriftelijk verslag van 25 maart 2014 aannemelijk is geworden dat klager op die datum ten tijde van een fouillering contrabande heeft ingeslikt. Op grond daarvan, alsmede op grond van het nadien
door klager vertoonde gedrag, heeft de directeur in redelijkheid kunnen beslissen klager een disciplinaire straf van zeven dagen opsluiting in een strafcel op te leggen. Het beroep van de directeur is daarom gegrond.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak waarvan beroep en verklaart het beklag ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en mr. M.M. van der Nat, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 24 juli 2014

secretaris voorzitter

Naar boven