Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/4246/TA, 21 mei 2014, beroep
Uitspraakdatum:21-05-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/4246/TA

betreft: [klager] datum: 21 mei 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 17 december 2013 van de alleensprekende beklagrechter bij FPC De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft het hoofd van de inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het verrichten van betalingen door klagers bewindvoerder.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Klager heeft zijn beroep als volgt toegelicht, verkort en zakelijk weergegeven.
Klagers mensenrechten worden geschonden en er is sprake van machtsmisbruik. Klager wordt bestolen, opgelicht en afgeperst. Als de bewindvoerder niet alles terugbetaalt zal De Kijvelanden dat moeten doen.

Het hoofd van de inrichting heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De inrichting onderschrijft de uitspraak van de beklagrechter en het beroep dient ongegrond te worden verklaard.

3. De beoordeling
In de uitspraak 13/3459/TA en 13/3867/TA van 21 februari 2014 heeft de beroepscommissie de beslissing van de beklagrechter in de onderhavige zaak bevestigd. Nu klager in het onderhavige beklag en beroep opnieuw deze klachten heeft ingediend, kan klager
daarin niet worden ontvangen, omdat hij dezelfde klachten waarop al eerder is beslist niet meermalen kan voorleggen.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

Ten overvloede bepaalt de beroepscommissie, conform hetgeen ter zitting van 7 februari 2014 met klager is besproken, dat van de kant van de beroepscommissie geen reactie zal volgen als klager deze uitspraak terugstuurt met de opmerking dat hij alsnog
een oplossing wenst. De beroepscommissie kan krachtens de Bvt klager immers niet de door hem gewenste oplossing bieden.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. R.M. Maanicus en drs. W.A.Th. Bos, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 21 mei 2014.

secretaris voorzitter

Naar boven