nummer: 14/77/GA
betreft: [klager] datum: 29 april 2014
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M. Iwema, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 10 januari 2014 van de beklagcommissie bij de locatie Esserheem te Veenhuizen,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 8 april 2014, gehouden in de locatie Norgerhaven te Veenhuizen, zijn klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. P.M. Iwema, en de plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de locatie Esserheem, [...], gehoord.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat klager na overplaatsing van de p.i. Hoogeveen naar de locatie Esserheem te Veenhuizen minder loon ontving, terwijl hij hetzelfde werk is blijven verrichten.
De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht. Omdat de ISD-afdeling van de p.i. Hoogeveen was gesloten, is klager overgeplaatst naar de locatie Esserheem. Klager
is
in de locatie Esserheem, tot twee weken geleden, hetzelfde werk blijven verrichten als in de p.i. Hoogeveen. Hij ging vier dagen per week met een bus naar de p.i. Hoogeveen. Hij vertrok om 8.15 uur en kwam om 16.15 uur weer terug. Hij had dan maar 15
minuten om te douchen en zijn eten klaar te maken. Voor de overplaatsing was hij al zes weken bezig met het ontruimen van de p.i. Hoogeveen. Hij is door het ISD-personeel gevraagd dit werk na overplaatsing te blijven verrichten. Volgens klager wordt
hij
als onmisbaar beschouwd. Er waren in eerste instantie nog twee andere gedetineerden die hetzelfde werk verrichten, maar klager is als enige overgebleven. Het is zwaar werk. Hij heeft in de p.i. Hoogeveen een arbeidscontract ondertekend. Dit contract
is
nooit beëindigd en hij heeft in de locatie Esserheem nooit een nieuw contract ondertekend. Door [...], een medewerkster van de p.i. Veenhuizen, is toegezegd dat hij 200 procent van het basisuurloon zou ontvangen in de locatie Esserheem. Daarna is
gezegd dat dit, net als in de p.i. Hoogeveen, 150 procent zou zijn. Klager is hiermee akkoord gegaan, maar zag op zijn rekening-courant dat hij toch minder had gekregen. De directeur is aan de toezegging van [...] gebonden. Klager vindt de hele gang
van
zaken niet fatsoenlijk. Er zijn ook andere gedetineerden in de locatie Esserheem die 150 procent van het basisuurloon krijgen. Klager verzoekt de beroepscommissie te bepalen dat de directeur het gemiste loon - dat inmiddels is opgelopen tot € 434,05 -
alsnog dient uit te betalen.
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht. De loonregeling in de locatie Essherheem geldt voor alle gedetineerden en de directeur is van mening dat hier geen beklag
tegen open staat. Alle gedetineerden krijgen het basisuurloon en bij goed functioneren krijgen gedetineerden een toeslag waarmee het loon wordt aangevuld tot 125 procent. Dit staat in de huisregels. Niet het soort werk, maar de inzet van de
gedetineerde
is bepalend. Alleen bij grote uitzondering, indien sprake is van bijzondere onmisbaarheid, krijgt een gedetineerde meer dan 125 procent. Klager is een gewaardeerd medewerker, maar dit betekent niet dat hij onmisbaar is. Klager was magazijnbediende en
reed op de heftruck. Hij heeft geholpen de p.i. Hoogeveen te ontruimen en hij heeft er zelf voor gekozen dit werk na zijn overplaatsing naar de locatie Esserheem te blijven verrichten. De directeur is verder van mening dat hij niet gebonden is aan een
eventuele toezegging van [...]. Zij is niet in de positie om toezeggingen te doen. Bovendien is deze toezegging na één week teruggedraaid. De directeur is niet op de hoogte van het arbeidscontract dat klager in de p.i. Hoogeveen zou hebben gesloten.
3. De beoordeling
Artikel 1 van de Regeling arbeidsloon gedetineerden (de Regeling) luidt als volgt:
“1. De gedetineerde ontvangt voor verrichte zaalarbeid of taakarbeid aan arbeidsloon of, in de gevallen, bedoeld in artikel 5, aan loonvervangende financiële tegemoetkomingen gezamenlijk, minimaal 80% van het basisuurloon vermenigvuldigd met twintig.
2. Het basisuurloon bedraagt € 0,76.
3. Uitbetaling vindt wekelijks plaats.”
Ingevolge het eerste lid van artikel van 4 van de Regeling kan de directeur aan de gedetineerde een toeslag toekennen indien: a. de gedetineerde in opdracht of na toestemming van de directeur op andere tijden zaalarbeid of taakarbeid verricht dan
waartoe hij op grond van het voor hem geldende dagprogramma gehouden is; b. de gedetineerde bijzondere werkzaamheden verricht; of c. bijzondere arbeidsomstandigheden of het niveau van de zaalarbeid of taakarbeid daartoe aanleiding geven. Ingevolge het
tweede lid van dat artikel bedraagt het totaal bedrag van de toeslag of toeslagen maximaal 100% van het vastgestelde basisuurloon.
In de loonregeling gedetineerden als opgenomen in de huisregels van de locatie Esserheem zijn de regels opgenomen met betrekking tot het loon voor de gedetineerden die in die inrichting verblijven. Tegen een dergelijke algemene beleidslijn dan wel
regel
staat in principe geen beklag open, tenzij die beleidslijn of regel in strijd is met hogere wet- en/of regelgeving dan wel indien de gedetineerde bijzondere omstandigheden aanvoert waarom in zijn geval een uitzondering dient te worden gemaakt. Naar het
oordeel van de beroepscommissie is in dit geval van dat laatste sprake. Zij zal klager derhalve alsnog ontvangen in zijn beklag.
Op basis van de stukken en het verhandelde ter zitting stelt de beroepscommissie vast dat klager na zijn overplaatsing vanuit de p.i. Hoogeveen naar de locatie Esserheem te Veenhuizen dezelfde werkzaamheden is blijven verrichten. Hij werd op werkdagen
met een busje vanuit de locatie Esserheem naar de p.i. Hoogeveen vervoerd om de p.i. Hoogeveen te ontruimen. In de p.i. Hoogeveen ontving klager 150 procent van het uurloon. In de locatie Esserheem is dit 125 procent. Gelet op hetgeen ter zitting door
klager is aangevoerd acht de beroepscommissie aannemelijk geworden dat aan klager niet duidelijk is gecommuniceerd welk loon hij voor de werkzaamheden na zijn overplaatsing naar de locatie Essherheem zou ontvangen. Gelet op deze onduidelijkheid en nu
klager exact dezelfde werkzaamheden op dezelfde plek is blijven verrichten, is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing van de directeur om klager niet hetzelfde loon te betalen als hij in de p.i. Hoogeveen ontving, als onredelijk en onbillijk
dient te worden aangemerkt.
De beroepscommissie zal de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen, klager alsnog ontvankelijk verklaren in zijn beklag en dit beklag gegrond verklaren. De beroepscommissie zal bepalen dat de directeur het loon van klager, - gedurende de periode
dat klager na overplaatsing naar de locatie Esserheem werkzaamheden verrichte in de p.i. Hoogeveen - dient aan te vullen tot de hoogte van het loon dat klager in de p.i. Hoogeveen ontving.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag en verklaart dit beklag gegrond. Zij bepaalt dat de directeur het loon van klager, - gedurende de
periode dat klager na overplaatsing naar de locatie Esserheem werkzaamheden verrichte in de p.i. Hoogeveen - aanvult tot de hoogte van het loon dat klager in de p.i. Hoogeveen ontving.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, drs. R. K. Boelens en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 29 april 2014
secretaris voorzitter