Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/3783/GB, 3 februari 2014, beroep
Uitspraakdatum:03-02-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/3783/GB

Betreft: [klager] datum: 3 februari 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 18 november 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de locatie Esserheem te Veenhuizen afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 26 mei 2010 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Leeuwarden. De selectiefunctionaris heeft op 11 november 2013 klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de locatie Esserheem
toegewezen. Bij selectiebeslissing van 18 november 2013 is klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de locatie Esserheem alsnog afgewezen en is de selectiebeslissing van 11 november 2013 ingetrokken.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Op 11 november 2013 is klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de locatie Esserheem toegewezen. Op 14 november 2013 zou klager worden overgeplaatst naar de locatie Esserheem. De medewerkers van de Dienst Vervoer en Ondersteuning reden
echter niet naar de gevangenis van de locatie Esserheem maar naar de gevangenis van de locatie Norgerhaven te Veenhuizen. Na twee uur en drie kwartier bleek dat klager niet naar de gevangenis van de locatie Esserheem en niet naar de gevangenis van de
locatie Norgerhaven kon worden overgeplaatst. Klager werd geplaatst in de isoleercel van de locatie Groot-Bankenbosch. Dezelfde avond is klager teruggegaan naar de gevangenis van de p.i. Leeuwarden. Tot 18 november 2013 wist klager niet waarom hij niet
overgeplaatst kon worden naar de gevangenis van de locatie Esserheem. Klager stelt dat er bij het nemen van de beslissing van 18 november 2013 fouten zijn gemaakt. In de gevangenis van de locatie Norgerhaven heeft er een incident plaatsgevonden, maar
klager stelt onschuldig te zijn. Klager heeft reeds twee keer eerder in de locatie Esserheem verbleven en tijdens zijn verblijf in die inrichting hebben zich geen incidenten voorgedaan. Anders dan in de beslissing van 18 november 2013 staat, stelt
klager dat er geen gesprek met hem is gevoerd waarin de situatie aan klager is uitgelegd.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Op het moment dat klager werd vervoerd naar de gevangenis van de locatie Esserheem kwam telefonisch de informatie binnen dat de directeur van de gevangenis van de locatie Esserheem ernstige bezwaren had tegen klagers overplaatsing naar de gevangenis
van
de locatie Esserheem. In het kader van een justitieel onderzoek betreffende klager kwam de naam van een in de gevangenis van de locatie Esserheem werkzaam personeelslid naar voren. Het betreffende personeelslid is tijdens het onderzoek geschorst en uit
het onderzoek is gebleken dat het betreffende personeelslid geen laakbaar gedrag kon worden verweten voor zover dit tot ontslag zou kunnen leiden. Het betreffende personeelslid werkt bij de beveiligingsgroep van de gevangenis van de locatie Esserheem.
De gang van zaken rond het betreffende personeelslid is bij veel personeelsleden bekend waardoor het, in verband met de veiligheid en beheersbaarheid van klager en de personeelsleden in de inrichting, onverstandig lijkt om klager over te plaatsen naar
de gevangenis van de locatie Esserheem. Na deze informatie werd besloten klager over te plaatsen naar de gevangenis van de locatie Norgerhaven, maar ook hier kon klager niet naartoe overgeplaatst worden. Tijdens klagers verblijf in de gevangenis van de
locatie Norgerhaven zijn op 30 juli 2012 in klagers cel tijdens een celcontrole een zelfgemaakt stroomstootwapen, een geslepen en geprepareerd mes, een professioneel gemaakt wurgtouw en een steekwapen in de vorm van een priem aangetroffen. Van diverse
medegedetineerden kwamen er geluiden dat zij zich bedreigd voelden en dat zij onder druk werden gezet door klager. Een alternatief voor klagers overplaatsing in de regio bleek niet voorhanden te zijn waarna is besloten klager terug te plaatsen in de
gevangenis van de p.i. Leeuwarden. De selectiefunctionaris verzoekt de beroepscommissie te bezien of klager in aanmerking komt voor een schadevergoeding.

4. De beoordeling
Uit de overgelegde stukken blijkt dat de directeur van de gevangenis van de locatie Esserheem op 18 november 2013 heeft aangegeven bezwaar te hebben tegen een overplaatsing van klager naar de gevangenis van de locatie Esserheem. In het kader van een
justitieel onderzoek betreffende klager kwam de naam van een in de gevangenis van de locatie Esserheem werkzaam personeelslid naar voren. Uit het justitieel onderzoek is gebleken dat het betreffende personeelslid geen laakbaar gedrag kon worden
verweten, in die zin dat dit tot ontslag zou kunnen leiden. Door de selectiefunctionaris is onvoldoende gemotiveerd waarom het bericht van de directeur van de locatie Esserheem van 18 november 2013 een intrekking van de beslissing van 11 november 2013
om klager over te plaatsen naar de gevangenis van de locatie Esserheem rechtvaardigt. Bovendien is het bezwaar van de directeur van de gevangenis van de locatie Esserheem onvoldoende concreet, in zoverre dat uit de door de directeur van de gevangenis
van de locatie Esserheem gegeven verklaring onvoldoende blijkt wat klagers betrokkenheid is geweest bij het feit wat aanleiding heeft gegeven tot het justitieel onderzoek. Ten slotte dateert de beslissing van de selectiefunctionaris om klager over te
plaatsen naar de gevangenis van de locatie Esserheem van 11 november 2013. De directeur van de gevangenis van de locatie Esserheem was vanaf 11 november 2013 bekend met klagers komst en had dientengevolge eerder zijn bezwaren kenbaar kunnen maken. De
beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. De
beroepscommissie zal in een afzonderlijke beslissing bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. De
beroepscommissie zal in een afzonderlijke beslissing bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.E.H. Nijp, secretaris, op 3 februari 2014

secretaris voorzitter

Naar boven