Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/2680/GA, 13 januari 2014, beroep
Uitspraakdatum:13-01-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/2680/GA

betreft: [klager] datum: 13 januari 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de locatie Norgerhaven,

gericht tegen een uitspraak van 16 augustus 2013 van de beklagcommissie bij voornoemde locatie, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 2 december 2013, gehouden in de penitentiaire inrichting Leeuwarden, is gehoord de heer [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van voornoemde locatie. Tevens was ter zitting aanwezig de heer [...], stagiair in
voornoemde locatie.
Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorg gedragen, is hij niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de weigering om Nike+-schoenen in te laten voeren.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Schoenen doe fabrieksmatig zijn geprepareerd met een bergruimte bemoeilijken de controle in de inrichting. Hierbij gaat het niet alleen om goederen
die de inrichting ingevoerd kunnen worden van buitenaf, maar betreft het vooral de verspreiding van goederen binnen de inrichting. Om hier adequaat op te kunnen controleren moeten er minimaal op dagbasis controles gehouden worden. Met door
gedetineerden
geprepareerde schoenen kunnen ook goederen verspreid worden, maar dan kan de desbetreffende gedetineerde op het bezit van dergelijke schoenen worden aangesproken en in voorkomende gevallen worden bestraft. In de huisregels is inmiddels opgenomen dat
“fabrieksmatig geprepareerde schoenen met bergruimte niet zijn toegestaan”.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
In de huisregels van de locatie Norgerhaven is in paragraaf 4.5.1.2. onder “uitzondering”, voor zover hier van belang, bepaald: “De directeur kan op grond van het belang van de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting, dan wel de
beperking van zijn aansprakelijkheid voor de voorwerpen, bepalen dat u een of meer van de hier genoemde voorwerpen niet (langer) onder uw berusting mag houden.”

In de Nike+ schoenen is een uitsparing gemaakt ten behoeve van een sensor. Deze uitsparing kan echter ook gebruikt worden om goederen en/of contrabande ongezien binnen de inrichting te verspreiden of te verplaatsen. De beroepscommissie is van oordeel
dat met de mogelijkheid van heimelijke verplaatsing van goederen de orde en de veiligheid in de inrichting in het geding is. Hiermee past de weigering om genoemde schoenen in te laten voeren binnen de ratio van de in de inrichting verboden goederen.
Nu overigens klager geen gebruik kan maken van het oorspronkelijke doel van de preparatie van de schoenen en hij geen andere belangen heeft aangevoerd, zal de beroepscommissie het beroep gegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, prof. dr. H.G. van de Bunt en J. Schagen, MA, leden, in tegenwoordigheid van
mr. T. Nauta, secretaris, op 13 januari 2014

secretaris voorzitter

Naar boven