Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/3122/SGA, 24 september 2013, schorsing
Uitspraakdatum:24-09-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 13/3122/SGA
Betreft : [klager] datum: 24 september 2013

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. IJdis, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Nieuwegein.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde p.i. van 20 september 2013, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf
van
opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, met verwijdering van de televisie, voor de duur van veertien dagen, ingaande op 19 september 2013 om 15.30 uur en eindigende op 3 oktober 2013 om 15.30 uur, alsmede intrekking van de helft van
het eerstvolgende verlof. Een en ander wegens het tijdens een celinspectie aantreffen van hasj, het zich meermalen verbaal zeer agressief gedragen tegen personeel, het meermalen weigeren te voldoen aan opdracht van personeel en het tegen de borst slaan
van een personeelslid.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift van 20 september 2013 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 23 september 2013.

1. Debeoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval.Uit de inlichtingen van de directeur en uit het door de directeur meegezonden verslag wordt - naar het voorlopig oordeel van de voorzitter -
voldoende aannemelijk dat er tijdens een celinspectie hasj is aangetroffen in de cel van verzoeker en voorts dat verzoeker zich meermalen zeer agressief tegen personeel heeft gedragen, meermalen heeft geweigerd te voldoen aan een opdracht van personeel
en ook dat verzoeker een personeelslid tegen de borst heeft geslagen. Gelet op het voorgaande is de beslissing van de directeur - naar het voorlopig oordeel van de voorzitter – niet onredelijk en niet onbillijk.Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek af.

Aldus gedaan door mr. A. van Waarden, voorzitter, in tegenwoordigheid van B.A. Bogaars, secretaris, op
24 september 2013.

secretaris voorzitter

Naar boven