Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/3328/GB, 10 december 2013, beroep
Uitspraakdatum:10-12-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/3328/GB

Betreft: [klager] datum: 10 december 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M. Lochs, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 4 oktober 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Leeuwarden niet-ontvankelijk verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 29 mei 2006 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Norgerhaven te Veenhuizen. Op 27 augustus 2013 is klager overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Leeuwarden, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Het beveiligingsniveau van de gevangenis van de locatie Norgerhaven is veranderd waardoor klager is overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Leeuwarden. Gelet op klagers GVM-status (gedetineerden met een vlucht- en maatschappelijk risico) kan
klager
enkel geplaatst worden in een inrichting met een beveiligingsniveau van niveau drie of hoger. Klager stelt dat de enkele verwijzing naar zijn GVM-status de overplaatsing niet kan dragen. Klagers gedrag in de inrichting maakt een hoog beveiligingsniveau
niet noodzakelijk. Dit wordt ondersteund door het oordeel van de commissie van toezicht bij de p.i. Leeuwarden van 4 oktober 2013, waarin klagers klacht met betrekking tot de toezichtmaatregelen die verband houden met zijn GVM-status gegrond is
verklaard. Daarnaast vindt klager dat zijn bezwaarschrift onterecht niet-ontvankelijk is verklaard en dat hij onvoldoende in de gelegenheid is gesteld om zijn bezwaar nader toe te lichten. Klager verwijst hierbij naar de zaak met het kenmerk 11/3057/GB
waarin de beroepscommissie op 28 november 2011 uitspraak heeft gedaan. Aan klager is niet medegedeeld dat de gronden die hij in zijn bezwaarschrift heeft aangevoerd ontoereikend werden geacht. Bij brief van 2 oktober 2013 is aan klager medegedeeld dat
er een beslissing op zijn bezwaarschrift zou worden genomen. Nadat klager dit aan zijn raadsman heeft laten weten, heeft zijn raadsman op 7 oktober 2013 een aanvullend bezwaarschrift ingediend. Op 4 oktober 2013 was echter door de selectiefunctionaris
al een beslissing op bezwaar genomen. Ten slotte is klager van mening dat bij zijn overplaatsing onvoldoende rekening is gehouden met zijn persoonlijke voorkeur. Klager verbleef in de gevangenis van de locatie Norgerhaven omdat klager hier de
mogelijkheid had via Skype contact te houden met zijn zoon. In de gevangenis van de p.i. Leeuwarden is dit niet mogelijk. Klager wenst overgeplaatst te worden naar de gevangenis van de locatie Esserheem te Veenhuizen, dan wel een inrichting in de buurt
van Amsterdam of Schiphol waardoor het voor klagers familie gemakkelijker is om klager te bezoeken.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is op de GVM-lijst met een verhoogd beveiligingsniveau geplaatst omdat er aanwijzingen zijn dat klager, met hulp van buiten, wil proberen te vluchten en klager zijn criminele handelingen voortzet. Per 1 september 2013 is het beleid omtrent het
opnemen van telefoongesprekken veranderd. In inrichtingen waar een beveiligingsniveau lager dan niveau drie geldt, mogen telefoongesprekken niet meer standaard worden opgenomen. Om de veiligheid in de inrichtingen zoveel mogelijk te kunnen waarborgen,
is ervoor gekozen om standaard alle telefoongesprekken op te nemen in inrichtingen waar gedetineerden met een verhoogde/hoge GVM-status geplaatst kunnen worden. In verband met het voor klager geldende verhoogde beveiligingsniveau, is hij overgeplaatst
naar de gevangenis van de p.i. Leeuwarden, een inrichting met beveiligingsniveau drie. De beleidsveranderingen, en niet de veranderingen in het beveiligingsniveau of klagers gedrag in de inrichting, waren aanleiding om klager over te plaatsen naar de
gevangenis van de p.i. Leeuwarden. Gelet op klagers GVM-status moet de directeur van de inrichting de mogelijkheid hebben om klagers contacten met de buitenwereld goed te kunnen volgen. Klager verblijft illegaal in Nederland en heeft hierdoor geen
binding met een bepaalde regio. Gelet op de beschikbare gevangeniscapaciteit en het feit dat klager voor 1 september 2013 overgeplaatst diende te worden, is klager niet overgeplaatst naar een inrichting van zijn voorkeur.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de p.i. Leeuwarden is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die in hoger beroep is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Op grond van artikel 17, eerste lid, van de Pbw heeft de betrokkene het recht een met redenen omkleed bezwaarschrift in te dienen. In artikel 17, derde lid, van de Pbw is bepaald dat de selectiefunctionaris de betrokkene in de gelegenheid stelt
schriftelijk of mondeling diens bezwaarschrift toe te lichten, tenzij hij het bezwaarschrift aanstonds kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond acht.

4.4. Klager heeft zijn bezwaar, gericht tegen de beslissing van de selectiefunctionaris van 26 augustus 2013, op 27 augustus 2013 ingediend bij de Commissie van Toezicht bij de gevangenis van de locatie Norgerhaven. Op het beklagformulier heeft
klager, naast de woorden “selectieadvies en positief naar p.i. Leeuwarden”, geen nadere gronden aangevoerd. De Commissie van Toezicht heeft het beklagformulier op 26 september 2013 doorgestuurd naar het bureau selectiefunctionarissen van het
hoofdkantoor van DJI om te worden behandeld als bezwaarschrift. Bij brief van 2 oktober 2013 is door de selectiefunctionaris aangegeven dat binnen een termijn van zes weken een beslissing op het bezwaarschrift genomen zal worden en is klager de
mogelijkheid gegeven de gronden van zijn bezwaarschrift nader aan te vullen. Bij beslissing van 4 oktober 2013 is klagers bezwaarschrift niet-ontvankelijk verklaard omdat klagers bezwaarschrift geen gronden bevat op grond waarvan hij bezwaar maakt
tegen
zijn overplaatsing naar de gevangenis van de p.i. Leeuwarden. Klagers raadsman heeft op 7 oktober 2013 een aanvullend bezwaarschrift ingediend. Gelet op het vorenstaande is de beroepscommissie van oordeel dat de selectiefunctionaris het bezwaarschrift
niet, zonder klager eerst in de gelegenheid te stellen een schriftelijke toelichting te geven, op 4 oktober 2013 niet-ontvankelijk had mogen verklaren. De bestreden beslissing moet worden vernietigd. De selectiefunctionaris zal, met inachtneming van
deze uitspraak en van hetgeen namens klager is aangevoerd in het aanvullend bezwaarschrift van 7 oktober 2013, opnieuw dienen te beslissen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen, met inachtneming van haar uitspraak en met inachtneming van hetgeen namens klager in de
aanvulling van de gronden van het bezwaarschrift van 7 oktober 2013 is aangevoerd, binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak. Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van M.E.H. Nijp, secretaris, op 10 december 2013

secretaris voorzitter

Naar boven