Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/3078/GB, 11 november 2013, beroep
Uitspraakdatum:11-11-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/3078/GB

Betreft: [klager] datum: 11 november 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. F.F. Aarts, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 18 september 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Krimpen aan den IJssel ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 26 juli 2003 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Zuyder Bos te Heerhugowaard. Op 19 juli 2013 is hij overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Krimpen aan den IJssel, waar een regime van algehele gemeenschap
geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris meent dat klager criminele activiteiten ontplooit en hier gelden voor ontvangt die te linken zijn aan criminele personen. Dit blijkt echter niet uit de onvolledige
informatie van het gedetineerden recherche informatie punt (GRIP). Het feit dat klager bezoek en gelden zou ontvangen van bepaalde personen doet hier niets aan af. Klagers overplaatsing is niet voorgelegd aan het penitentiair selectiecentrum (PSC) en
evenmin is gebleken dat er sprake was van een spoedeisend belang.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Klager is niet langer welkom in de gevangenis van de locatie Zuyder Bos omdat uit informatie van het GRIP blijkt dat klager betrokken is bij de zogenaamde [M.]-zaak en
klager gelden ontvangt van derden die te linken zijn aan deze zaak. Klager ontvangt deze gelden om te getuigen in de [M.]-zaak ten gunste van [M.]. De indruk wordt gewekt dat klager meineed wil plegen. Klager zou dan een strafbaar feit begaan en de
gevangenis van de locatie Zuyder Bos wil hier geen verantwoordelijkheid voor nemen. In de gevangenis van de p.i. Krimpen aan den IJssel kan klager beter gemonitord worden. Klagers overplaatsing is niet voorgelegd aan het PSC omdat er sprake is van een
horizontale overplaatsing waarbij klagers regime niet is veranderd.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de p.i. Krimpen aan den IJssel is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Uit de stukken, waaronder de GRIP-rapportage, wordt in het geheel niet duidelijk waarom voor het monitoren van klager niet volstaan kan worden met de toezichtsmaatregelen die de directeur van de locatie Zuyder Bos op grond van de Pbw bevoegd is
te nemen. De bestreden beslissing kan derhalve wegens een motiveringsgebrek niet in stand blijven. Mitsdien zal het beroep gegrond worden verklaard. De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze
uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van M.E.H. Nijp, secretaris, op 11 november 2013

secretaris voorzitter

Naar boven