Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1425/TA, 23 oktober 2013, beroep
Uitspraakdatum:23-10-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/1425/TA

betreft: [klager] datum: 23 oktober 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

het hoofd van FPC De Rooyse Wissel te Venray, verder te noemen de inrichting,

gericht tegen een uitspraak van 6 maart 2013 van de beklagcommissie bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 11 oktober 2013, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught, is namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], stafjurist, gehoord.
Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorg gedragen, heeft hij geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om te worden gehoord.
Klagers raadsvrouw mr. J.A.M. Kwakman heeft bericht niet ter aanwezig te zijn en heeft schriftelijk op het beroep gereageerd.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag, voor zover in beroep aan de orde, betreft de overschrijding met veertien dagen van de redelijke duur van de inbeslagname van klagers pc.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard en een tegemoetkoming van
€ 5,= toegekend op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Er is sprake van bijzondere omstandigheden die de langere duur van veertien dagen van inbeslagname rechtvaardigen. Klagers pc
had,
net als de computers van enkele andere patiënten, namelijk veel meer geheugencapaciteit dan bij de inrichting bekend was. Daardoor is de screening software vastgelopen en moest klagers pc een aantel keren opnieuw gescreend worden. In de huisregels
wordt
geen termijn voor screening van computers genoemd. Naar klager was na de inbeslagname van zijn pc alleen aangegeven dat de inrichting haar best zou doen om hem voor de kerst zijn pc terug te geven. Niet is aangegeven dat het voor de kerst ook echt
klaar
zou zijn. Deze uitspraak is gedaan op een moment dat het grotere geheugen van klagers pc nog niet bekend was. In die periode van veertien dagen zaten verder drie feestdagen waarop geen screening kon plaatsvinden. Een en ander is ter zitting van de
beklagcommissie ook zo gezegd, maar kennelijk niet zo opgeschreven.
Het grotere geheugen van computers had de inrichting misschien eerder kunnen zien, maar is niet te controleren omdat verpleegden na invoer het geheugen van een computer kunnen uitbreiden en dat niet tevoren wordt gezien.

Namens klager is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Klager betwist dat de grotere geheugencapaciteit van zijn computer niet bij de inrichting bekend was. Bij de aanvraag voor invoer van zijn pc heeft
klager alle gegevens van zijn pc moeten opgeven, waaronder de grootte van het geheugen. Als de inrichting daarvan geen registratie heeft bijgehouden, mag dat geen reden zijn zo lang over de screening van klagers pc te doen. De periode waarin klager op
teruggave van zijn pc heeft moeten wachten betreft de gehele periode vanaf de inbeslagname op 29 oktober 2012 en is onredelijk lang. Klagers initiële klacht dient daarom gegrond te worden verklaard.

3. De beoordeling
Vast staat dat alleen beroep is ingediend door het hoofd van de inrichting tegen de gegrondverklaring van het beklag, voor zover dat ziet op de omstandigheid dat klager was gezegd dat hij zijn pc voor de kerst 2012 zou terugkrijgen, maar zijn pc eerst
op 4 januari 2013 heeft teruggekregen. Daarmee is in beroep alleen aan de orde het oordeel van de beklagcommissie dat het veertien dagen later teruggeven van klagers pc als onredelijk lang is aan te merken.

Hetgeen in beroep is aangevoerd kan - voor zover dat is komen vast te staan - naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing kan leiden dan die van de beklagcommissie. Hierbij is in aanmerking genomen dat de inrichting, zoals
eerder bij uitspraak 13/1354/TA en 13/1355/TA van 29 juli 2013 op een beroep van een andere ter beschikking gestelde is overwogen, bij een grootschalige spitactie zoals die van 29 oktober 2012 had moeten anticiperen op de voor screening benodigde tijd
en menskracht en maatregelen had moeten treffen voor een zo spoedig mogelijke teruggave van de in beslag genomen apparatuur. Dit geldt te meer ten aanzien van verpleegden, zoals klager, die voor wat betreft de screening van de in beslag genomen
apparatuur op een prioriteitenlijst waren geplaatst.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. G.L.M. Urbanus, voorzitter, mr.drs. T.A.M. Louwe en mr. R.M. Maanicus, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 23 oktober 2013

secretaris voorzitter

Naar boven