Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1559/TA, 27 september 2013, beroep
Uitspraakdatum:27-09-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/1559/TA

betreft: [klager] datum: 27 september 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. N.M. van Wersch namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 19 april 2013 van de beklagcommissie bij de Pompestichting te Nijmegen, hierna de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 6 september 2013, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam Over-Amstel, zijn gehoord mr. C.J.M. den Blanken, kantoorgenoot van klagers raadsman, en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...],
juridisch medewerker.

Mr. C.J.M. den Blanken heeft ter zitting meegedeeld dat klager niet ter zitting zal verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft:
a. het voortduren van de inbeslagname en controle van klagers pc;
b. de oplegging van een ordemaatregel van afdelingsarrest ingaande op 28 februari 2013 en
c. toezicht op klagers post ingaande op 28 februari 2013.

De beklagcommissie heeft het beklag vermeld onder a. ongegrond verklaard, het beklag vermeld onder b. en c. op formele gronden gegrond verklaard en ter zake een tegemoetkoming van € 10,= toegekend en inhoudelijk ongegrond verklaard, op de gronden als
in
de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Namens klager is in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager weigert onbeperkte en volledige inzage van zijn computerbestanden, omdat zijn pc ook vertrouwelijke informatie bevat zoals correspondentie met zijn advocaat. Dit kan hem niet worden tegengeworpen. Dat klager een andere pc ter beschikking wordt
gesteld om toch over de voor hem noodzakelijke stukken te beschikken, doet daar niets aan af.
Klager bestrijdt dat verder onderzoek van zijn pc noodzakelijk is om vast te kunnen stellen of met de pc een actieve internetverbinding te maken valt. Door uitwendig onderzoek kan worden vastgesteld dat klagers pc niet die hardware bevat die nodig is
om
een actieve internetverbinding tot stand te brengen.
Misschien zijn de opgenomen gesprekken, die door de inrichting worden genoemd, op een andere manier op de website terechtgekomen.
In de motivering van de beklagcommissie wat betreft de inhoudelijke ongegrondverklaring blijft zij steken in algemeenheden en motiveert zij niet uit welke voorvallen de onbetrouwbaarheid van klager zou volgen of waarom klager debet zou zijn aan de
ontstane onrust in de inrichting.
De pc is al maanden geleden in beslag genomen. Niet duidelijk is waarom de politie nu ineens klagers pc wil onderzoeken.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klagers pc is inbeslaggenomen in verband met het vermoeden dat hij beschikte over een actieve internetverbinding. Dit vermoeden is voldoende voor inbeslagname van de pc. Er is tegen klager aangifte van stalking gedaan door een vrouw die hij jarenlang
emailberichten heeft gestuurd. Zijn pc is gecontroleerd, maar sommige bestanden zijn vergrendeld en zodoende niet te controleren; klager weigert de vergrendeling op te heffen. Geprivilegieerde post zal niet worden gelezen. Klager heeft in strijd met
alle afspraken, die met hem zijn gemaakt over pc-gebruik, gehandeld. Versleuteling is niet toegestaan. Dit blijkt uit de gebruiksovereenkomst. Klager dient open te zijn voor wat betreft het pc-gebruik. De samenwerking met klager is inmiddels tot het
nulpunt gedaald.
Het afdelingsarrest is destijds opgelegd in verband met de telefonische melding van de advocaat-generaal dat er mogelijk aangifte zou worden gedaan van een strafbaar feit dat samenhangt met het indexdelict. Er was eerder aangifte gedaan door een vrouw
die door klager belaagd zou zijn. Er was een sterk vermoeden dat de website tbsmisbruikt.nl van klager was. Op de site zijn opnames van gesprekken geplaatst met medewerkers waar alleen klager en de medewerkers bij aanwezig waren.
De maatregelen vermeld onder b. en c. zijn opgelegd in verband met de orde en veiligheid. Het was noodzakelijk klager goed in de gaten te houden.
Niet bekend is waarom de politie thans pas nader onderzoek instelt. Misschien is gewacht, omdat klager toch in een tbs-inrichting zit.

Op 13 september 2013 is per faxbericht een nadere reactie van de juridisch medewerker ontvangen, waarin zij heeft aangegeven dat na de zitting is gebleken dat in klagers geval met klager geen overeenkomst voor het gebruik van zijn pc is gesloten, maar
dat dit niets af doet aan de redenen die ertoe hebben geleid dat klagers pc in beslag is genomen als toegelicht tijdens de beklagprocedure en ter zitting van de beroepscommissie.

Een afschrift van het faxbericht is toegestuurd aan klager en zijn raadsman.

3. De beoordeling
Met betrekking tot a. overweegt de beroepscommissie dat klagers pc inbeslag is genomen in verband met het vermoeden dat hij beschikte over een actieve internetverbinding, hetgeen de orde en de veiligheid in de inrichting in gevaar kan brengen. Op een
internetsite waren geluidsopnames aangetroffen waarvan vermoed werd dat klager voor plaatsing op de site verantwoordelijk was. Voorts was aangifte gedaan van stalking door een vrouw die stelde gedurende langere tijd belaagd te worden door middel van
emailberichten van klager. Naar het oordeel van de beroepscommissie mocht van klager worden verwacht dat hij, gelet op bovenstaande concrete vermoedens, inzage in de bestanden op zijn pc zou geven. Klager weigert echter om door hem versleutelde
bestanden te ontgrendelen voor nader onderzoek en geeft als reden hiervoor op dat hij geen inzage wenst te geven in geprivilegieerde correspondentie met zijn advocaat. De beroepscommissie gaat ervan uit dat de inrichting zoals door haar is verklaard
klagers geprivilegieerde post niet in zal zien en acht, gelet op het bovenstaande, het voortduren van de inbeslagname en controle van klagers pc niet onredelijk of onbillijk.

Met betrekking tot b. en c. overweegt de beroepscommissie dat het afdelingsarrest en toezicht op klagers post zijn opgelegd naar aanleiding van de telefonische melding van de advocaat-generaal dat mogelijk aangifte zou worden gedaan van een strafbaar
feit dat gerelateerd was aan klagers indexdelict, terwijl al eerder aangifte was gedaan door een vrouw die door klager belaagd zou zijn.
De beroepscommissie is van oordeel dat ten tijde van de bestreden beslissingen bovenstaande melding serieus diende te worden genomen en dat de beslissingen om in verband met de orde en de veiligheid in de inrichting de desbetreffende ordemaatregelen op
te leggen niet als onredelijk of onbillijk kunnen worden aangemerkt.

Overigens is inmiddels gebleken dat de politie nader onderzoek zal instellen.

Hetgeen in beroep is aangevoerd kan, gelet op het bovenstaande, naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de
beklagcommissie zal worden bevestigd met aanvulling van de gronden.

3. De uitspraak
Zij verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met aanvulling van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. J.M.L. Niederer en drs. J.E. Wouda, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 27 september 2013

secretaris voorzitter

Naar boven