Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/2307/GB, 24 september 2013, beroep
Uitspraakdatum:24-09-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/2307/GB

Betreft: [klager] datum: 24 september 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. T. Kemper, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 15 juli 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot deelname aan een penitentiair programma (p.p.) afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 21 december 2011 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Zwolle Zuid 1. Klager neemt inmiddels sinds 4 september 2013 deel aan een p.p. en is administratief ondergebracht bij de penitentiaire inrichting Roermond.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager is niet geselecteerd voor een p.p. omdat er nog geen start is gemaakt met een intensieve ambulante behandeling. De selectiefunctionaris is van mening dat gestart moet worden met een
behandeling, omdat de reclassering klagers recidiverisico, de kans op onttrekking aan de voorwaarden en de kans op letselschade hoog inschat. Het is klager onduidelijk hoe de selectiefunctionaris bij het idee van een behandeling komt, temeer dit niet
uit het reclasseringsadvies blijkt. De reclassering acht een intensieve ambulante behandeling wel van belang, maar die kan ook starten na aanvang van het p.p. Klager heeft in april 2013 twee gesprekken met medewerkers van het programma Terugdringen
Recidive (TR) gevoerd. Klager zou naar aanleiding daarvan worden aangemeld voor elektronisch toezicht. De vrijhedencommissie van de locatie Zwolle Zuid 1 heeft tweemaal negatief geadviseerd ten aanzien van klagers deelname aan een p.p. en gaf daarbij
aan dat klager een klinische behandeling dient te ondergaan. Het valt klager niet te verwijten dat de medewerkers van het programma TR hem nog niet hebben aangemeld voor de behandeling. Zowel het Openbaar Ministerie als de politie adviseren positief
ten
aanzien van klagers deelname aan een p.p. Tevens is klagers verlofadres goedgekeurd. Klager heeft bijna twee jaar in detentie verbleven. Gelet op het vorenstaande en zijn naderende einddatum, is het van belang dat klager zo snel mogelijk deel kan nemen
aan een p.p. Klager verzoekt om tegemoetkoming.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris heeft klager op 13 augustus 2013 geselecteerd voor deelname aan een p.p. Klager zal op 4 september 2013 starten met het p.p. en
administratief worden ondergebracht bij de penitentiaire inrichting Roermond. De selectiefunctionaris verzoekt om klager niet-ontvankelijk te verklaren in zijn beroep.

4. De beoordeling
4.1. Nu klager op 13 augustus 2013 alsnog is geselecteerd voor deelname aan een p.p., is het belang aan zijn beroep komen te ontvallen. In beginsel zou dit een aanleiding kunnen zijn om klager niet-ontvankelijk te verklaren in zijn beroep. Nu in
beroep evenwel uitdrukkelijk is verzocht om aan klager een redelijke tegemoetkoming toe te kennen, zal de beroepscommissie het beroep alsnog inhoudelijk beoordelen.

4.2. In artikel 4 van de Pbw en de artikelen 7 en 9 van de Penitentiaire maatregel (Pm) zijn de voorwaarden opgenomen waaraan het penitentiair programma en de gedetineerde moeten voldoen.

4.3. Uit het reclasseringsadvies en het selectieadvies blijkt dat klager vanaf halverwege juni 2013 in aanmerking had kunnen komen voor deelname aan een p.p. De selectiefunctionaris had, gelet op de inhoud van voormelde adviezen, naar het oordeel
van
de beroepscommissie in redelijkheid niet tot de bestreden beslissing van 15 juli 2013 kunnen komen. Klager neemt sinds 4 september 2013 deel aan een p.p. en aannemelijk is dat klager, indien de beroepsprocedure niet doorlopen had hoeven worden, eerder
dan nu het geval is, had kunnen deelnemen aan het p.p. Het beroep zal gegrond worden verklaard en de bestreden beslissing zal worden vernietigd. De beroepscommissie acht termen aanwezig voor het toekennen van de hierna te vermelden tegemoetkoming, nu
aannemelijk is dat klagers detentiefasering als gevolg van de bestreden beslissing vertraging heeft opgelopen en klager daardoor nadeel heeft ondervonden.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij kent klager een tegemoetkoming toe van € 150,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. Vis-van Alff, secretaris, op 24 september 2013

secretaris voorzitter

Naar boven