Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/2255/TA, 11 september 2013, beroep
Uitspraakdatum:11-09-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/2255/TA

betreft: [klager] datum: 11 september 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 8 juli 2013 van de alleensprekende beklagrechter bij FPC 2Landen te Utrecht, betreffende a. de geluidsoverlast op de afdeling en b. de verdwijning van een aantal aan klager toebehorende dvd’s,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in het beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

De beroepscommissie heeft het hoofd van de inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
Hetgeen in beroep met betrekking tot a. is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal in zoverre ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de
beklagrechter zal op dit punt worden bevestigd.

Met betrekking tot onderdeel b. overweegt de beroepscommissie dat een vermeende schending van het eigendomsrecht beklagwaardig is op grond van artikel 56, eerste lid, aanhef en onder e, Bvt. Zij vernietigt de uitspraak van de beklagrechter op dit punt
en verklaart klager alsnog ontvankelijk in het beklag. Nu echter niet is gebleken of aannemelijk is geworden dat door toedoen van (het hoofd van) de inrichting klagers dvd’s zijn verdwenen, zal zij dit onderdeel van het beklag ongegrond verklaren.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep met betrekking tot a. ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagrechter en vernietigt met betrekking tot b. de uitspraak van de beklagrechter, ontvangt klager alsnog in het beklag, maar
verklaart het beklag ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. R.M. Maanicus en drs. G.A.M. Mensing, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 11 september 2013

secretaris voorzitter

Naar boven