Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1107/GA ,13/1422/GA, 22 juli 2013, beroep
Uitspraakdatum:22-07-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/1107/GA en 13/1422/GA

betreft: [klager] datum: 22 juli 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. I.F.J. Beugelsdijk, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen twee uitspraken van 21 maart 2013 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Grave,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraken waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 28 juni 2013, gehouden in de p.i. Vught, is klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. I.F.J. Beugelsdijk, gehoord.
De directeur van de p.i. Grave heeft zijn standpunt ten aanzien van de beroepen schriftelijk toegelicht en daarbij laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft:
a. een disciplinaire straf van drie dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, met verwijdering van de televisie, wegens het zich onttrekken aan het toezicht van het personeel en het slapen op de arbeidszaal (13/1107/GA);
b. een disciplinaire straf van vijf dagen opsluiting in een strafcel, wegens een positieve uitslag op het gebruik van contrabande (benzodiazepinen) tijdens detentie (13/1422/GA)

De beklagcommissie heeft beide klachten ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraken weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Ten aanzien van beide verslagen geldt dat niet kan worden afgeleid door welke ambtenaar deze zijn opgemaakt. Daardoor kan niet worden getoetst of de betreffende ambtenaar naar juistheid verslag heeft gedaan. Dit is wel een eis die het Europees Verdrag
voor de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) stelt. Klager is daarom van mening dat hier geen sprake is van verslagen als bedoeld in artikel 50 van de Pbw. Volgens klager is een digitale handtekening in gevallen als de onderhavige
niet mogelijk, omdat niet is voldaan aan het vereiste van artikel 15 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek. Er is daarom geen sprake van een rechtsgeldige handtekening.
Ten aanzien van het beroep met kenmerk 13/1107/GA:
Aan klager is de beslissing uitgereikt op de dag dat hij in de eigen cel was opgesloten. Klager deed mee aan de arbeid. In de werkzaal stonden kratten en op kratten zaten de gedetineerden met het hoofd tegen de muur. Zij wachtten steeds op hun beurt
bij
het darten, er was op dat moment geen werk voorhanden. Klager kreeg verslag aangezegd, omdat hij zou hebben zitten slapen. In Grave moeten de gedetineerden, ook als er geen werk is, tijdens de arbeidsuren in de werkzaal verblijven. Klager was op dat
moment de enige gedetineerde die verslag aangezegd kreeg.
Ten aanzien van het beroep met kenmerk 13/1422/GA:
Volgens de directeur was de in de urine aangetroffen benzo-waarde te hoog. Volgens hem kon dat niet door de medicatie veroorzaakt zijn. Klager stelt dat mogelijk derden hem dat middel hebben toegediend. Enkele dagen eerder was er bij de arbeid ook al
geknoeid met de koffie. Er is met klager niet gesproken over een herhalingsonderzoek. Klager is in deze zaak voor de eerste keer in een strafcel terechtgekomen. Klager was niet eerder positief bevonden en wist niet dat hij recht had op een
herhalingsonderzoek.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt en voor zover hier van belang – schriftelijk – toegelicht.
Ten aanzien van het beroep met kenmerk 13/1107/GA:
De mededeling van de beslissing van de directeur is tijdig uitgereikt. Het verslag is geanonimiseerd. Alle medewerkers hebben de ambtseed afgelegd. De anonimisering geschiedt om veiligheidsredenen. Verzoeker is op 17 januari 2013 op de werkzaal verslag
aangezegd omdat hij zich toen aan het toezicht had onttrokken door zich bewust te verstoppen achter een stapel kratten en daar is gaan liggen slapen.
Ten aanzien van het beroep met kenmerk 13/1422/GA:
Ook dit verslag is geanonimiseerd. Alle medewerkers van de p.i. hebben de ambtseed afgelegd. Het verslag is digitaal ondertekend door in te loggen in het Tulp-systeem. Klager is door het betrokken personeel gewezen op de mogelijkheid van een
herhalingsonderzoek en bij de afhandeling van het verslag heeft de directeur dat zelf nogmaals gedaan. Bij een urinecontrole heeft klager positief gescoord op het gebruik van THC en benzo’s. Uit onderzoek is gebleken dat klager geen medicatie krijgt
voorgeschreven die deze uitslag kan verklaren.

3. De beoordeling
Ten aanzien van het beroep met kenmerk 13/1107/GA:
Het verweer van klager, te weten dat hij – mogelijk met de ogen dicht – op een stapel kratten heeft gezeten, terwijl hij en een aantal medegedetineerden aan het darten waren, er was op dat moment geen arbeid voorhanden, is niet door de directeur
weersproken. Mogelijk heeft klager daarbij de indruk gewekt dat hij toen sliep, maar dat had in dit geval niet mogen leiden tot een disciplinaire straf als de onderhavige. Hier had volstaan kunnen worden met oplegging van een geheel voorwaardelijke
disciplinaire straf. De beslissing van de directeur moet daarom – bij afweging van alle in aanmerking komende belangen – als onredelijk en onbillijk worden aangemerkt. Hetgeen overigens door en namens klager naar voren is gebracht behoeft daarom thans
geen verdere bespreking of beoordeling. De uitspraak van de beklagcommissie kan daarom niet in stand blijven en het beklag dient alsnog gegrond te worden verklaard.

De beroepscommissie acht termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming en zal de hoogte daarvan vaststellen op € 22,50.

Ten aanzien van het beroep met kenmerk 13/1422/GA:
Aan verzoeker is een disciplinaire straf opgelegd in verband met een positieve uitslag van een urinecontrole. De originele uitslag (dan wel een afschrift daarvan van het onderzoekslaboratorium ontbreekt bij de stukken. Het enkele verslag van mededeling
van die uitslag is onvoldoende om de bestreden beslissing te kunnen dragen. De bestreden beslissing van de directeur is daarom genomen op ontoereikende gronden en is mitsdien onvoldoende zorgvuldig voorbereid. Hetgeen overigens door en namens klager
naar voren is gebracht behoeft daarom thans geen verdere bespreking of beoordeling.
De uitspraak van de beklagcommissie kan daarom niet in stand blijven en het beklag dient alsnog gegrond te worden verklaard.
De beroepscommissie acht termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming en zal de hoogte daarvan vaststellen op € 50,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de beide uitspraken van de beklagcommissie en verklaart beide beklagen alsnog gegrond.
Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van in totaal € 72,50.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, J.M.L. Pattijn MSM en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 22 juli 2013

secretaris voorzitter

Naar boven