Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1062/GA, 25 juli 2013, beroep
Uitspraakdatum:25-07-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 13/1062/GA

betreft: [klager] datum: 25 juli 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. E.A. Blok, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 25 maart 2013 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Nieuwegein

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 12 juni 2013, gehouden in de p.i. Amsterdam Over-Amstel, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. E.A. Blok, en de plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de p.i. Nieuwegein, [...].

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de beslissing van de directeur dat klager niet langer zijn radio op cel mag hebben.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Vóór de wijziging van de huisregels in april 2012 was het in de p.i. Nieuwegein toegestaan een radio, met afmetingen zoals die van klager, in te
voeren. Klager heeft zijn radio in de p.i. Amsterdam Over-Amstel ingevoerd en deze radio is bij zijn overplaatsing naar de p.i. Nieuwegein in oktober 2011 meeverhuisd. Klager mocht zijn radio in de p.i. Nieuwegein op cel hebben en de radio is nooit
uitgevoerd geweest. Klager heeft deze radio dus geruime tijd in zijn bezit en heeft hiermee nooit problemen veroorzaakt. Daarbij komt dat de radio de, sinds de wijziging van de huisregels, vereiste afmetingen slechts minimaal overschrijdt. Klagers
radio
voldoet wel aan de eisen zoals die zijn gesteld in de Regeling model huisregels penitentiaire inrichtingen, maar de huisregels van de p.i. Nieuwegein zijn strenger. Gelet op het vorenstaande is het niet noodzakelijk in het belang van de handhaving van
de orde of de veiligheid in de inrichting deze radio per februari 2013 niet meer toe te staan. De bestreden beslissing van de directeur moet derhalve worden aangemerkt als onredelijk en onbillijk. Klager is van mening dat hij zijn radio moet kunnen
behouden. Overigens heeft klager € 50,= moeten betalen om zijn radio te laten aanpassen aan de voorheen geldende huisregels. Mocht de beroepscommissie het beroep ongegrond verklaren, dan verzoekt klager de beroepscommissie hem een tegemoetkoming van €
50,= toe te kennen.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Met het oog op het belang van de handhaving van de orde en de veiligheid in de inrichting is het gedetineerden verboden grote radio’s op cel te
hebben. In april 2012 zijn de huisregels aangepast en daarin is opgenomen dat het gedetineerden is toegestaan een radio van maximaal 50x40x40 cm op cel te hebben. De directeur moet ergens een grens trekken. In het begin werd het aan de gedetineerden
die
reeds voor de wijziging van de huisregels een grotere radio hadden ingevoerd, toegestaan deze radio’s op cel te houden. Echter, omdat er in die periode toch weer contrabande in radio’s is aangetroffen, heeft de directeur besloten de huisregels per
februari 2013 actief na te leven. Klagers radio voldoet niet aan de eisen die zijn gesteld in de huisregels en daarom wordt het hem niet meer toegestaan zijn radio op cel te hebben.

3. De beoordeling
De beroepscommissie neemt als vaststaand aan dat klager zijn radio in de p.i. Amsterdam Over-Amstel heeft ingevoerd en dat hij deze radio na zijn overplaatsing naar de p.i. Nieuwegein in oktober 2011, in de p.i. Nieuwegein op cel mocht hebben. Klager
heeft deze radio laten verzegelen en de radio is tijdens klagers detentie nooit uitgevoerd geweest.
In april 2012 heeft de directeur de huisregels van de p.i. Nieuwegein gewijzigd. Uit bijlage 1 van de gewijzigde huisregels blijkt dat het gedetineerden in de p.i. Nieuwegein is toegestaan een radio op cel te hebben, mits die radio niet groter is dan
50x40x40 cm. Vast staat dat klagers radio groter is dan wat is toegestaan.

Na de wijziging van de huisregels in april 2012 heeft de directeur een overgangsregeling gehanteerd, die erop neerkomt dat gedetineerden die ten tijde van de wijziging van de huisregels reeds in de inrichting verbleven en een radio met grotere
afmetingen dan
50x40x40 cm op cel hadden, deze radio op cel mochten houden. Deze niet op schrift gestelde overgangsregeling was van onbepaalde duur. Klager heeft daarom gerechtvaardigd kunnen aannemen dat de nieuwe regels niet voor zijn radio zouden gelden en dat het
hem was toegestaan zijn radio op cel te houden voor de duur van zijn verblijf in de inrichting. De directeur heeft desgevraagd ter zitting verklaard dat het aanvankelijk inderdaad de bedoeling was dat de reeds aanwezige en te grote radio’s slechts door
het vertrek van hun eigenaars de inrichting zouden verlaten. Aan dit beleid is echter begin februari 2013 een einde gekomen. Op dat moment is besloten dat alle radio’s die niet voldoen aan de eisen die zijn gesteld in de huisregels per 14 februari 2013
niet meer in de inrichting zijn toegestaan. De toepassing van een dergelijke beleidswijziging – waarvan de noodzaak ten aanzien van klager onvoldoende is gebleken – is naar het oordeel van de beroepscommissie in het licht van het vorenstaande ten
opzichte van klager onredelijk en onbillijk.

Het beroep zal derhalve gegrond worden verklaard, de uitspraak van de beklagrechter zal worden vernietigd en het beklag zal alsnog gegrond worden verklaard. De beroepscommissie zal aan klager, vanwege het door hem geleden ongemak, een tegemoetkoming
toekennen van
€ 25,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij kent aan klager een tegemoetkoming toe van € 25,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.M. van der Nat, voorzitter, mr. A.T. Bol en dr. M. Kooyman, leden, in tegenwoordigheid van
mr. F.A. Groeneveld, secretaris, op 25 juli 2013

secretaris voorzitter

Naar boven