Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 13/1462/GB, 2 juli 2013, beroep
Uitspraakdatum:02-07-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 13/1462/GB

Betreft: [klager] datum: 2 juli 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 25 april 2013 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 2 oktober 2010 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de p.i. Dordrecht. Op 12 maart 2013 is hij overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Vught, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager heeft niets te maken met de geruchten die rondgaan over opnames met een mobiele telefoon. Hij begrijpt niet dat hij is overgeplaatst op grond van geruchten; er is namelijk geen bewijs tegen
klager. Overigens heeft klager nooit een mobiele telefoon in zijn bezit gehad. Om zes uur in de ochtend werd klager medegedeeld dat hij moest inpakken vanwege een overplaatsing. Pas bij de visitatie kreeg klager te horen wat de reden voor overplaatsing
was. Klager vindt het onrechtvaardig dat hij op grond van verzonnen verhalen is overgeplaatst.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. In de p.i. Dordrecht was een melding gedaan over een aantal gedetineerden, zij zouden het voornemen hebben om met illegale mobiele telefoons opnames te maken van het
“corrupte” personeel van de p.i. Dordrecht en deze opnames naar nieuwszenders te versturen. Klager is in dit verband met naam genoemd. De directie van de p.i. Dordrecht acht de bron zeer betrouwbaar. De afgelopen tijd worden regelmatig mobiele
telefoons
onderschept in de p.i. Dordrecht, daarnaast heeft klager voor zeven foto’s op een mobiele telefoon geposeerd. Tevens is klagers ingezette traject terugdringen recidive beëindigd vanwege zijn gedrag. Daarnaast loopt klager de kans zijn vervroegde
invrijheidsstelling te verspelen. Gedragsmatig is klager zeer onbeschoft en zoekt constant de grens op bij het personeel van de p.i. Dordrecht. De selectiefunctionaris is van mening dat klagers betrokkenheid is aangetoond gelet op de bovenstaande
informatie en het feit dat de directie van de p.i. Dordrecht de bron zeer betrouwbaar acht. De orde en veiligheid in de p.i. Dordrecht zijn door dit incident ernstig verstoord.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis van de p.i. Vught is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Klagers naam is genoemd omtrent het maken van opnames met illegale mobiele telefoons. De bron wordt door de directie van de p.i. Dordrecht als zeer betrouwbaar geacht. Mede gelet op de onderschepping van mobiele telefoons en klagers gedrag in
de
p.i. Dordrecht, heeft de directie van de p.i. Dordrecht om klagers overplaatsing verzocht. Klager is al eerder in verband gebracht met een illegale mobiele telefoon in de inrichting; hij heeft geposeerd voor foto’s en is hiervoor gestraft. Gelet op het
vorenstaande kan op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden
verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van C.M.E. Taverne, secretaris, op 2 juli 2013

secretaris voorzitter

Naar boven