nummer: 12/3572/TA (tussenbeslissing)
betreft: [klager] datum: 3 april 2013
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. Y.H.G. van der Hut, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 6 november 2012 van de beklagcommissie bij FPC Dr. S. van Mesdag te Groningen, verder te noemen de inrichting,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 25 februari 2013, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught, zijn gehoord klagers advocaat mr. Y.H.G. van der Hut, en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], jurist.
Klager heeft schriftelijk laten weten niet ter zitting te zullen verschijnen.
Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag, voor zover in beroep aan de orde, betreft de opschorting/intrekking van verlof (2012-18) en een beperking van de bewegingsvrijheid (2012-19).
De beklagcommissie heeft het beklag met nummer 2012-18 formeel gegrond en materieel ongegrond verklaard en het beklag met nummer 2012-19 gedeeltelijk gegrond verklaard, namelijk voor zover de maatregel langer heeft geduurd dan 21 februari 2012, op de
gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Tijdens de verlengingszitting bij het Gerechtshof Arnhem is kritisch gevraagd naar de achtergrond van de door de kliniek opgelegde maatregelen. Die maatregelen spelen blijkbaar een rol bij de verlengingsbeslissing van de TBS-maatregel. Het
recidiverisico wordt door de kliniek mede ingeschat op basis van eerdergenoemde maatregelen welke het gevolg zijn van informatie uit anonieme bronnen en gesprekken. Dit toont aan dat zorgvuldig moet worden omgegaan met maatregelen, omdat deze
verregaande consequenties hebben.
Voorts maakt klager bezwaar tegen het gebruik van informatie uit anonieme bronnen (opnamen van telefoongesprekken). Naar verluidt betreffen dit gespreksfragmenten waarbij de context ontbreekt. De advocaat vraagt zich ook af of van de gesprekken goede
verslaglegging is gemaakt.
Met betrekking tot de hasj wordt opgemerkt dat een gebruikershoeveelheid gedoogd wordt. Op de beklagzitting is vermeld dat er vijf gram hasj is aangetroffen. Dit is een gebruikershoeveelheid. Er wordt getwijfeld aan de opmerking dat er meer dan vijf
gram hasj is aangetroffen. De inrichting heeft aangifte gedaan van drugshandel, maar begin augustus 2012 is de zaak geseponeerd. Er is geen enkele aanwijzing dat klager bezig was met drugshandel. Het gebruik van softdrugs is bovendien geen risicofactor
voor klager.
Met betrekking tot de aantijging ten aanzien van de fotocamera wordt opgemerkt dat klager toestemming had van de sociotherapeut om een fotocamera aan te schaffen. Een foto van een neefje in bad vormt geen delictrisico. Klager valt niet op baby’s. De
inrichting heeft aan klager toestemming gegeven om de garagebox te huren en zij weet van de garagebox af. Klager staat op rommelmarkten. Daarom heeft hij een garagebox waarin hij dvd’s en cd’s bewaart. De resocialisatie van klager is gestagneerd en
mogelijk voor een groot deel teniet gedaan.
Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klagers transmurale verlof is opgeschort vanwege een verdenking. Klager is naar binnen gehaald nadat anonieme betrouwbare bronnen hebben gemeld dat klager illegaal drugs binnen de kliniek brengt en dat hij handelt in drugs. De inrichting moest actie
ondernemen in het kader van de orde en veiligheid. Bij aankomst in de kliniek is klager gesepareerd. Er heeft een kamercontrole plaatsgevonden en klagers ontlasting is gecontroleerd. Ook de garagebox is doorzocht. Hier is meer dan vijf gram hasj
gevonden en een grote hoeveelheid cd’s en dvd’s. Het afdelingsarrest heeft vier weken en twee dagen geduurd. Dit is niet onevenredig lang, omdat het onderzoek toen pas was afgerond. Er zijn geen concrete aanwijzingen gevonden dat klager handelde in
drugs. De inrichting overwoog klager weer door te laten gaan met zijn resocialisatieproces. Toen is echter via een anonieme bron geluidsmateriaal (opnames van telefoongesprekken) boven tafel gekomen. Uit die opnamen is gebleken dat klager andere
patiënten verslaafd houdt. Hij handelt in drugs. Hij stelt familie voor om foto’s te maken van zijn neefje in bad. De zaak omtrent handel in soft- en harddrugs is geseponeerd, omdat niemand bij de politie wilde getuigen. Tenslotte is gebleken dat
klager
buitenrekeningen had welke niet bij het personeel bekend waren. Op grond van genoemde omstandigheden is de schorsing van het transmurale verlof voortgezet. Het klopt dat het aanschaffen van een fotocamera met de seksuoloog is besproken, maar er is niet
gezegd dat er foto’s van klagers neefje in bad gemaakt mochten worden. De anonieme bronnen worden door de kliniek als zeer betrouwbaar aangemerkt. De bronnen zijn patiënten die niet tegen klager willen getuigen. Uit veiligheidsoverwegingen mag klager
niet weten wie de bronnen zijn. De beklagrechter heeft de verslagen van de gesprekken gelezen. Gezien de taps en bronnen is besloten het opschorten van het transmuraal verlof te laten voortduren. Daarna is alsnog het verlof definitief ingetrokken. Het
standpunt van de kliniek is dat in verband met de veiligheid van de anonieme bronnen, klager geen inzage kan krijgen in de geheime verslagen.
3. De beoordeling
De beroepscommissie stelt voorop dat het fundamentele rechtsbeginsel van hoor en wederhoor vereist dat de (beklag)rechter geen kennis neemt van mondelinge of schriftelijke informatie van één van de partijen zonder dat de wederpartij de gelegenheid
krijgt om zich daarover uit te laten. In dit geval heeft de beklagrechter kennisgenomen van informatie zonder dat deze aan klager is verstrekt. Klager is niet in de gelegenheid gesteld om op die informatie te reageren. De advocaat heeft weliswaar
schriftelijk ingestemd met deze wijze van procesvoering maar de beroepscommissie is van oordeel dat een dergelijke wijze van procesvoering in strijd is met het fundamentele rechtsbeginsel van hoor en wederhoor. Het feit dat klagers advocaat hiermee
heeft ingestemd, welke instemming zij in beroep heeft ingetrokken, doet aan dit oordeel niet af. De beroepscommissie zal de uitspraak van de beklagrechter daarom vernietigen.
Gezien het vooroverwogene zal de beroepscommissie het hoofd van de inrichting in de gelegenheid stellen om de (geanonimiseerde) verslagen van de heimelijk opgenomen gesprekken alsnog aan het dossier toe te voegen, waarna het secretariaat deze naar
klager en diens raadsvouw zal sturen. Zij zullen dan in de gelegenheid worden gesteld om daarop te reageren. Indien het hoofd van de inrichting er voor kiest om de verslagen niet aan het dossier toe te voegen, dan zal de beroepscommissie beslissen op
de stukken van het dossier en hetgeen is verhandeld ter zitting van de beroepscommissie.
4. De tussenuitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter. Zij houdt haar beslissing op het beroep aan en stelt het hoofd van de inrichting in de gelegenheid om binnen twee weken na deze uitspraak verslagen aan het dossier toe te voegen. Indien
van deze gelegenheid geen gebruik wordt gemaakt, dan zal de beroepscommissie op het beroep beslissen op basis van het dossier en het verhandelde ter zitting.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. G.L.M. Urbanus, voorzitter, drs. W.A.T. Bos en mr. R.M. Maanicus, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 3 april 2013
secretaris voorzitter