Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3737/GB, 5 maart 2013, beroep
Uitspraakdatum:05-03-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/3737/GB

Betreft: [klager] datum: 5 maart 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. S.G.E. Koumans, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 14 november 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Klager is op 28 januari 2013 door een lid van de Raad gehoord.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar penitentiaire inrichting (p.i.) Almere ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 30 mei 2012 gedetineerd. Klager heeft zich op 30 mei 2012 als zelfmelder gemeld bij de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) van de locatie Westlinge te Heerhugowaard. Vervolgens is klager horizontaal overgeplaatst naar de b.b.i. van
de locatie Groot Bankenbosch te Veenhuizen. Op 8 november 2012 is klager overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Almere, een normaal beveiligde inrichting.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager is zelfmelder en hij verbleef in de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i) van de locatie Westlinge. Hij zou omstreeks 21 augustus 2012 kunnen doorfaseren naar een zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.). Dit is niet doorgegaan omdat klager
positief had gescoord bij een urinecontrole. Klager drinkt nooit alcohol. De directeur heeft klager nimmer serieus genomen en hij heeft klager gefrustreerd om door te faseren. Klagers lichaam maakt zelf alcohol en dit is later ook komen vast te staan.
Klager is in de keuken van de locatie Westlinge aangevallen door een medegedetineerde. Zijn keel was dichtgeknepen en klager was bewusteloos. Hierop is klager overgeplaatst naar de b.b.i. van de locatie Bankenbosch, terwijl de dader overgeplaatst had
moeten worden. De directeur van de locatie Bankenbosch heeft klager ervan weerhouden om aangifte te doen tegen de medegedetineerde. Het b.s.d. had vastgesteld dat klager eind oktober 2012 zou kunnen doorfaseren naar een z.b.b.i. Dit is niet doorgegaan
omdat de directeur een vals selectieadvies heeft opgemaakt. In het selectieadvies is de heer S. genoemd. Deze persoon is klagers neef. Hij heeft niets gemeld over wapens. Dat verhaal is gelogen. Klager heeft een wapenvergunning, maar deze is in
bewaringgenomen. Klager heeft nimmer een rapport gehad over het onheus bejegenen van (vrouwelijk) personeel. Klager zit in de gevangenis van Almere.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Na een aantal zaken waarbij klager nadrukkelijk negatief in beeld was, heeft de directeur van de locatie Groot Bankenbosch verzocht om klager over te plaatsen. Er was sprake van vervelend/opruiend gedrag binnen de groep en richting het personeel.
Voorts
was sprake van onacceptabele uitlatingen jegens vrouwelijk personeel en er is contact gelegd over mogelijke wapenhandel vanuit Duitsland tijdens weekendverlof. Met name over het laatste kwamen signalen binnen, waardoor een langer verblijf van klager in
de locatie Groot Bankenbosch niet mogelijk was. Met betrekking tot de uitlatingen over mogelijke wapenhandel, wordt inhoudelijk verwezen naar de rapportage van 31 oktober 2012. Voorts heeft klager bij de aanzegging van de overplaatsing aangegeven dat
hij in verband met bezoek overgeplaatst wil worden naar de p.i. Almere. Hiermee is rekening gehouden.

4. De beoordeling
4.1. Het beroep is gericht tegen de terugplaatsing vanuit een b.b.i. naar een normaal beveiligde inrichting.

4.2. Klager heeft zich als zelfmelder gemeld bij de b.b.i. van de locatie Westlinge. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen zelfmelders in aanmerking voor plaatsing in een beperkt
beveiligde inrichting (b.b.i.).

4.3. In de toelichting op dit artikel (Stcr. 12 september 2000, nr. 176, pagina 9) staat dat gelet op het open karakter van de inrichting onder meer de persoonlijkheid van de betrokkene een rol speelt bij de beoordeling of die betrokkene geschikt is
voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting.

4.4. De op de onder 3.2. genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Hierbij is in aanmerking genomen dat de
selectiefunctionaris in redelijkheid heeft kunnen oordelen dat, gelet op verstrekte informatie over het willen gaan kopen van een wapen tijdens regimair verlof, het niet langer verantwoord is om de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf in een
inrichting met een beperkt beveiligingsniveau te laten ondergaan. Bij een dergelijk signaal weegt het belang van een ongestoorde tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf zwaarder dan het belang van klager. De p.i. Almere is een normaal beveiligde
gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap. Klager, die in hoger beroep is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.W. van Zuijlen, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 5 maart 2013

secretaris voorzitter

Naar boven