Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3376/GB, 20 februari 2013, beroep
Uitspraakdatum:20-02-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/3376/GB

Betreft: [klager] datum: 20 februari 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. F. Yildiz, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 22 oktober 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de locatie Zoetermeer afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 10 februari 2012 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de penitentiaire inrichting Krimpen aan den IJssel.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager ontvangt weinig bezoek in de inrichting waar hij thans verblijft en zijn moeder kan hem niet bezoeken vanwege de reisafstand. Klager heeft dit met een medewerker van het bureau selectie- en detentiebegeleiding (b.s.d.) besproken. De betreffende
medewerker heeft klager aangegeven dat hij geen medische verklaring omtrent de gezondheid van zijn moeder nodig heeft omdat zijn moeder hem meer dan drie maanden niet heeft bezocht in de inrichting. Klager heeft het verzoek tot overplaatsing dan ook
zonder een medische verklaring ingediend.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klagers ouders zijn bij hem op bezoek geweest in de inrichting waar hij thans verblijft. Klager heeft geen medische verklaringen omtrent de gezondheid van zijn ouders overgelegd. De selectiefunctionaris heeft navraag gedaan bij de inrichting en die
heeft niet bevestigd dat een b.s.d.-medewerker klager verteld zou hebben dat deze geen medische verklaring nodig heeft als de moeder drie maanden niet op bezoek is geweest. Klagers moeder is op 28 oktober 2012 op bezoek geweest in de inrichting, twee
maanden na de inschrijving van klager in de inrichting waar hij thans verblijft.

4. De beoordeling
Bezoekproblemen zijn inherent aan het ondergaan van detentie en vormen, behoudens bijzondere omstandigheden, geen selectiecriterium. Klager heeft zijn verzoek niet feitelijk onderbouwd en de gezondheidstoestand van klagers moeder kan daarom ook niet
als
een bijzondere omstandigheid worden aangemerkt. Bovendien is klager niet verstoken van bezoek in de inrichting waar hij thans verblijft. Voorts heeft de selectiefunctionaris aangegeven dat hij bereid is het verzoek van klager opnieuw te bezien indien
klager alsnog een medische verklaring omtrent zijn moeder over zal leggen. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk
worden aangemerkt. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit, mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. Vis-van Alff, secretaris, op 20 februari 2013

secretaris voorzitter

Naar boven