Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3450/GA, 7 februari 2013, beroep
Uitspraakdatum:07-02-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/3450/GA

betreft: [klager] datum: 7 februari 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J. Serrarens, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 26 oktober 2012 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen Limburg-Zuid, locatie Sittard,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de locatie Sittard in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager, alsmede zijn raadsvrouw, om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de afwijzing van klagers verlofaanvragen voor de weekenden van 12 tot 14 oktober 2012 en van 26 tot 28 oktober 2012.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
De beslissing van 12 oktober 2012 betreffende klagers aanvraag om verlof voor het weekend van 12 tot 14 oktober 2012 is weliswaar gedateerd op 12 oktober 2012, maar deze beslissing is klager pas uitgereikt op 21 oktober 2012, zoals ook blijkt uit de
handgeschreven aantekening van de p.i.w.-er die de beslissing heeft uitgereikt. Op 23 oktober 2012 heeft klager zijn beklag ingediend.
Voor de inhoudelijke gronden wordt verwezen naar het ingediende klaagschrift.
Ten aanzien van het gevraagde verlof voor het weekend van 26 tot 28 oktober 2012 wordt aangevoerd dat klager met ingang van 23 oktober 2012 weliswaar voor een week geschorst is, maar dat neemt niet weg dat hij belang heeft bij het alsnog toekennen van
het gevraagde weekendverlof.

In een nadere reactie heeft klagers raadsvrouw bericht dat klagers openstaande strafzaak niet voor 29 maart 2013, klagers formele v.i.-datum, behandeld zal worden.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Ingevolge artikel 61, vijfde lid, Pbw wordt een klaagschrift uiterlijk op de zevende dag na die waarop de gedetineerde kennis heeft gekregen van de beslissing waarover hij zich wenst te beklagen ingediend. Uit de stukken blijkt dat klager de beslissing
tot afwijzing van zijn verzoek om verlof, gedateerd 12 oktober 2012, uitgereikt heeft gekregen op 21 oktober 2012. Op 23 oktober 2012 heeft klager zijn klaagschrift ingediend. Niet is gesteld of gebleken dat klager eerder kennis zou hebben gekregen van
de inhoud van deze beslissing. Klager had dan ook ontvangen moeten worden in zijn beklag.
De beroepscommissie zal inhoudelijk op het beklag ingaan.
De directeur heeft klagers verzoek om verlof afgewezen omdat er nog een openstaande zaak zou zijn, welke was aangehouden voor onbepaalde tijd. Hierdoor kan de einddatum van klagers detentie niet bepaald worden, waardoor aan klager geen verlof verleend
kan worden. Aangevoerd en niet weersproken is dat de behandeling van die zaak niet voor 29 maart 2013 zal plaatsvinden. Onder die omstandigheden had de directeur klagers verzoek om verlof niet om deze reden mogen afwijzen. Klagers beklag zal dan ook
gegrond worden verklaard.
De directeur zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van vorenstaande. De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.
Gelet hierop hoeft de niet-ontvankelijkverklaring van het door klager gedane verzoek met betrekking tot een alternatieve datum voor hetzelfde verlof geen nadere bespreking.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond.
Zij draagt de directeur op binnen twee weken na ontvangst van de uitspraak een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 7 februari 2013

secretaris voorzitter

Naar boven