Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3002/GB, 28 januari 2013, beroep
Uitspraakdatum:28-01-2013

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/3002/GB

Betreft: [klager] datum: 28 januari 2013

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M. de Reus, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 31 augustus 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klager niet ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het penitentiair psychiatrisch centrum (p.p.c.) van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Amsterdam Over-Amstel,
locatie Het Veer, te Amsterdam.

2. De feiten
Klager is sedert 9 februari 2006 gedetineerd. Hij verbleef in de p.i. Zuyder Bos te Heerhugowaard. Op 30 januari 2012 is hij overgeplaatst naar het p.p.c. te Amsterdam. Op 5 maart 2012 is hij weer overgeplaatst naar de p.i. Zuyder Bos.

3. De beoordeling
3.1. Op grond van artikel 73, tweede lid, Pbw wordt het beroepschrift ingediend uiterlijk op de zevende dag na die waarop de betrokkene kennis heeft gekregen van de beslissing waartegen hij beroep indient. Een na afloop van deze termijn ingediend
beroepschrift is niettemin ontvankelijk, indien redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de gedetineerde in verzuim is geweest.

3.2. De beslissing waartegen beroep is ingesteld is gedateerd 31 augustus 2012. Het beroepschrift dateert van 25 september 2012 en is op dezelfde datum per fax op het secretariaat van de Raad ontvangen, derhalve ver na het verstrijken van voornoemde
beroepstermijn. Gelet op het vorenstaande heeft klager zijn beroep niet tijdig ingediend. Namens klager is dit verzuim niet toegelicht. De selectiefunctionaris heeft evenmin aangegeven op welke datum de beslissing bij klager kenbaar is gemaakt.

3.3. Uit de stukken blijkt verder het volgende.
Klager is bij beslissing van 21 december 2011 -onbekend is of deze beslissing meteen aan klager is uitgereikt- geselecteerd voor plaatsing in het p.p.c. van de p.i. Amsterdam Over-Amstel, locatie Het Veer. Bij zijn plaatsing aldaar op 30 januari 2012
heeft klager -blijkens de verklaring van klagers raadsman- van die beslissing een afschrift ontvangen.
Op 1 februari 2012 heeft klagers raadsman hiertegen een pro forma bezwaarschrift ingediend. Op 10 februari 2012 heeft klagers raadsman een aanvullend bezwaarschrift ingediend. Sindsdien heeft klagers raadsman meermalen gerappelleerd naar de reden van
het uitblijven van een beslissing op het bezwaarschrift.
Op 16 februari 2012 heeft de selectiefunctionaris een verzoek ontvangen van de directeur van de p.p.c. van de p.i. Amsterdam Over-Amstel, locatie Het Veer om klager, op basis van het intrekken van de indicatiestelling, terug te plaatsen naar de
inrichting van herkomst, de gevangenis Zuyder Bos. Die beslissing is op 17 februari 2012 genomen. Op 5 maart 2012 is klager terug geplaatst naar de gevangenis Zuyder Bos.
Op 23 april 2012 heeft klagers raadsman per fax bij de selectiefunctionaris navraag gedaan naar de stand van zaken van het bezwaar en vermeldt daarbij dat het bezwaar betrekking heeft op de selectiebeslissing van 17 februari 2012 waarbij klager zou
zijn
geselecteerd voor plaatsing in het p.p.c. van de p.i. Amsterdam Over-Amstel, locatie Het Veer.
Op 24 april 2012 heeft de selectiefunctionaris aan klagers raadsman bericht dat het kennelijk als bezwaar bedoelde schrijven op de beslissing van 17 februari 2012 is afgemeld en niet als zodanig in behandeling is genomen. Na het herhaalde verzoek van
de
raadsman van 24 augustus 2012 is het schrijven alsnog afgehandeld en vanwege het grote tijdsverloop op 31 augustus 2012 (het bezwaar van 10 februari 2012) niet ontvankelijk verklaard. Op 25 september 2012, op het secretariaat van de Raad ontvangen op
gelijke datum, heeft klagers raadsman tegen deze beslissing beroep ingesteld. Op 3 oktober 2012 zijn de gronden van het beroep aangevuld.

3.4. Vastgesteld kan worden dat er procedureel gezien sprake is van de nodige onvolkomenheden van zowel de zijde van de selectiefunctionaris als van klager.
Gelet hierop ziet de beroepscommissie aanleiding om, ondanks dat er sprake is van termijnoverschrijding in beroep, toch inhoudelijk op de zaak in te gaan.

3.5. Namens klager is op 1 februari 2012 bezwaar ingesteld tegen de selectiebeslissing tot overplaatsing van klager naar het p.p.c. van de p.i. Amsterdam Over-Amstel, locatie Het Veer. Weliswaar noemt klagers raadsman in zijn brief van 23 april 2012
aan de selectiefunctionaris een bezwaar dat betrekking heeft op de selectiebeslissing van 17 februari 2012, maar nu hiervan geen stukken in het dossier zitten en de omschrijving de overplaatsing naar meergenoemd p.p.c. betreft, begrijpt de
beroepscommissie hieruit dat dit het meergenoemde bezwaar van 1 februari 2012 betreft. De beslissing van 17 februari 2012 betreft immers de terugplaatsing naar de inrichting van herkomst, de gevangenis Zuyder Bos.

3.6. In de beslissing van 31 augustus 2012 op het bezwaar wordt aangegeven dat het een bezwaar van 31 augustus 2012 zou betreffen. Uit de inhoud blijkt het te gaan om het (aanvullend) bezwaar van 10 februari 2012.
Het aanvankelijke bezwaar is destijds niet als zodanig aangemerkt.

Inhoudelijk wordt in de beslissing van 31 augustus 2012 overwogen dat klager destijds in het p.p.c. is geplaatst, omdat de psycholoog van de inrichting kennelijk van mening was dat het niet goed met klager ging en klager meer begeleiding nodig had.
Daarvoor is een indicatie opgesteld en op grond van die indicatie is klager geplaatst in het p.p.c..Na een kort verblijf is de indicatie door de specialisten aldaar opgeheven en is klager uitgeplaatst.
In de reactie op het beroep is door de selectiefunctionaris aangegeven dat klager, vanwege het grote tijdsverloop tussen indiening en afdoening, niet-ontvankelijk is verklaard in zijn bezwaar.

3.7. Het enkele tijdsverloop tussen indiening van een bezwaar en de beslissing daarop ontslaat de selectiefunctionaris niet van zijn verplichting op een ingediend bezwaarschrift een inhoudelijke beslissing te nemen en kan niet leiden tot
niet-ontvankelijkheid. In zoverre zal de beslissing op bezwaar vernietigd worden. Gelet op de in het selectieadvies aangevoerde omstandigheden kan de op de onder 3.6 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van
alle in aanmerking komende belangen, inhoudelijk gezien niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
Het beroep zal ongegrond worden verklaard.
Klager zal geen tegemoetkoming worden toegekend.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 28 januari 2013

secretaris voorzitter

Naar boven