Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3856/SGB, 13 december 2012, schorsing
Uitspraakdatum:13-12-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/3856/SGB

Betreft: [klager] datum: 13 december 2012

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw), heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. A.P. Visser, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Dordrecht.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 73, vierde lid, juncto artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de tenuitvoerlegging van de beslissing van de selectiefunctionaris van 23 november 2012, tot beëindiging van verzoekers deelname
aan
een penitentiair programma (p.p.), plaatsing in de gevangenis van de p.i. Dordrecht en in afwachting daarvan plaatsing als passant in het huis van bewaring (h.v.b.) van de locatie Hoogvliet.

De voorzitter heeft voorts kennis genomen van het bezwaarschrift van 28 november 2012, van de beslissing op het bezwaarschrift van 4 december 2012, het op 10 december 2012 tegen de beslissing van de selectiefunctionaris ingediende beroepschrift,
alsmede
van de schriftelijke inlichtingen van de selectiefunctionaris van 12 december 2012.

1. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van een verzoek om schorsing van een beslissing van de selectiefunctionaris slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en beslist. Aan de orde
is daarom slechts de vraag of de beslissing van de selectiefunctionaris is genomen in strijd met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de beslissing
van de selectiefunctionaris.
Uit de inlichtingen van de selectiefunctionaris, waaronder begrepen het selectieadvies van de directeur van de PIA van de locatie Noordsingel Rotterdam, volgt dat de directeur heeft geadviseerd om verzoekers deelname aan het p.p. te beëindigen, hem als
passant in het h.v.b. in te sluiten en vervolgens te selecteren voor een inrichting met een normaal beveiligingsniveau, omdat geen vertrouwen meer bestaat in een goed verloop van het p.p. Verzoeker is op 17 november 2012 aangehouden door de politie
Haaglanden vanwege het mishandelen van een man. Deze man heeft geen aangifte gedaan. Gebleken is dat verzoeker teveel had gedronken om een motorvoertuig te besturen. Hij is daarom meegenomen naar het politiebureau. Bij onderzoek door de politie van
verzoekers auto is vermoedelijk harddrugs en softdrugs aangetroffen. Verzoeker heeft na het incident de directeur, noch zijn reclasseringsbegeleider geïnformeerd. Uit de standaardregels p.p. van Palier volgt dat de reclassering bij een (ernstige)
overtreding kan adviseren de uitvoering van het p.p. onmiddellijk te stoppen. Naar aanleiding van het incident heeft de reclassering blijkens een rapport van 22 november 2012 verzocht de directeur een passende sanctie te laten bepalen, hetgeen heeft
geleid tot het selectieadvies van 22 november 2012. Gelet op het bovenstaande wordt - naar het voorlopig oordeel van de voorzitter - voldoende aannemelijk dat er, gelet op verzoekers gedrag, aanleiding was om het p.p. te beëindigen.
Dat, zoals door verzoekers raadsman wordt gesteld, de beslissing van de selectiefunctionaris van 23 november 2012 op 27 november 2012 aan verzoeker is uitgereikt, rechtvaardigt in dit geval evenmin schorsing, nu niet gebleken is dat verzoeker hierdoor
in zijn belangen is geschaad. Het verzoek zal derhalve worden afgewezen.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek af.

Aldus gedaan door mr. A.G. Coumans, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris op 13 december 2012

secretaris voorzitter

Naar boven