Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3211/GB, 19 december 2012, beroep
Uitspraakdatum:19-12-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/3211/GB

Betreft: [klager] datum: 19 december 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.J. Sol, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 12 september 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis van de locatie Torentijd te Middelburg ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 28 april 2011 gedetineerd. Hij verbleef in de zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) van de locatie Nederhof te Middelburg. Op 21 augustus 2012 is hij geplaatst in de normaal beveiligde inrichting van de locatie Torentijd te
Middelburg, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt - zakelijk weergegeven - toegelicht. Klager is vanuit de z.b.b.i. overgeplaatst naar een normaal beveiligde inrichting, omdat op zijn cel verboden middelen zouden zijn aangetroffen en hij cocaïne zou hebben
gebruikt. Volgens klager is niet aangetoond dat hij verboden middelen op zijn cel had. Evenmin is aannemelijk geworden dat die verboden middelen aan hem zouden toebehoren. Klagers cel was niet afgesloten en anderen konden zijn cel betreden. Er is
onvoldoende onderzoek verricht. De selectiefunctionaris stelt dat klager een forse score had op het gebruik van cocaïne. Dit is onjuist. Klager scoorde net iets boven de norm. Uit deze lage score blijkt dat geen sprake is geweest van gebruik, maar
eerder van een lichte besmetting van de onderzochte staal.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Op 14 augustus 2012 ontving de selectiefunctionaris een selectieadvies strekkende tot terugplaatsing van klager in een normaal beveiligde inrichting, omdat klagers vriendin had aangegeven dat klager tijdens zijn verlof niet meer welkom was bij haar. Er
waren problemen geweest tijdens klagers weekendverlof en klagers vriendin voelde zich niet meer veilig in de aanwezigheid van klager. Omdat klager geen verlofadres meer had is besloten tot tijdelijke terugplaatsing van klager naar een normaal
beveiligde
inrichting. Echter, bij de terugplaatsing van klager werd er harddrugs aangetroffen op klagers cel. Dat het om harddrugs ging, blijkt uit het proces-verbaal van de politie van 17 augustus 2012. Dat anderen de drugs op klagers cel gelegd zouden kunnen
hebben is niet relevant, nu klager verantwoordelijk is voor de op zijn cel aanwezige spullen. Tevens heeft klager bij een urinecontrole fors gescoord op het gebruik van harddrugs.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 2 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden, komen voor plaatsing in een zeer beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een te verwaarlozen vlucht- of maatschappelijk risico
vormen, aan wie een vrijheidsstraf van tenminste zes maanden is opgelegd, ten minste de helft van de opgelegde vrijheidsstraf hebben ondergaan, geen veroordelingen tot betaling van een geldboete of geldbedrag van meer dan € 226,= hebben openstaan, een
strafrestant hebben van ten minste zes weken en ten hoogste zes maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.

4.2. In de toelichting op dit artikel (Stcr. 2000,176) staat dat bij de plaatsing in zeer beperkt en beperkt beveiligde inrichtingen de beoordeling of de gedetineerde geschikt is tot terugkeer in de samenleving een belangrijke rol speelt. Indicator
bij de beoordeling daarvan is of de gedetineerde reeds eerder tijdens de huidige detentie met goed resultaat bewegingsvrijheid (onbegeleid) buiten de inrichting heeft genoten (algemeen verlof, schorsing van de preventieve hechtenis, incidenteel verlof,
strafonderbreking), alsmede of zich daarna omstandigheden hebben voorgedaan die aan deze indicator ernstig afbreuk doen. Gelet op het open karakter van de inrichting of afdeling spelen de aard, zwaarte en achtergrond van het gepleegde delict en de
persoonlijkheid van de gedetineerde een rol bij de beoordeling of betrokkene geschikt is voor plaatsing in een zeer beperkt of beperkt beveiligde inrichting of afdeling.

4.3. Uit het selectieadvies volgt dat op 14 augustus 2012 op klagers cel een hoeveelheid op drugs lijkende substanties en een roestvrijstalen pers zijn aangetroffen. De politie heeft de substanties en de pers in beslag genomen voor nader onderzoek.
Hoewel het onderzoek naar de substanties nog gaande is, volgt uit het bewijs van ontvangst van de politie van 17 augustus 2012 dat het om verdovende middelen - vermoedelijk cocaïne en heroïne - en een pers voor het samenpersen van drugs gaat. Verder
blijkt uit het selectieadvies dat klager niet langer beschikt over een aanvaardbaar verlofadres, hetgeen een voorwaarde is voor verblijf in een z.b.b.i. Gelet op voornoemde omstandigheden kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing
van
de selectiefunctionaris, naar het oordeel van de beroepscommissie, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 19 december 2012

secretaris voorzitter

Naar boven