Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/2729/GA, 3 december 2012, beroep
Uitspraakdatum:03-12-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/2729/GA

betreft: [klager] datum: 3 december 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.J. Weldam, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 22 augustus 2012 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Hoogeveen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 5 november 2012, gehouden in de locatie Zuid van de p.i. Arnhem, zijn gehoord klagers raadsman mr. J.J. Weldam, [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de p.i. Hoogeveen en [...], juridisch medewerker bij
de
p.i. Hoogeveen.
Hoewel klager, die zich inmiddels in vrijheid bevindt, op behoorlijke wijze was opgeroepen, is hij niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het niet aanbieden van een volledig ISD-programma.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager werd in de FPA Cederborg te Zuidlaren geplaatst voor het opstellen van een diagnose. Dat sluit dus uit dat er toen sprake was van enige behandeling. Klager heeft tijdens de ISD-periode alleen maar gewerkt. Inmiddels is hij niet meer gedetineerd.
Het aanbieden van een ISD-programma heeft te lang geduurd, dat heeft de inrichting feitelijk ook erkend. De directeur is verantwoordelijk voor hetgeen met klager gebeurde in de FPA Cederborg. Het was niet de bedoeling dat klager in de FPA Cederborg zou
worden geplaatst. Desondanks is hij daarvoor toch geselecteerd. In de FPA Cederborg is een communicatieprobleem ontstaan. Klager stelt zich op het standpunt dat hij niet direct teruggeplaatst had moeten worden maar dat hem eerst een waarschuwing had
moeten worden gegeven. De klacht is ingediend omdat klager werd teruggeplaatst. De beroepscommissie heeft eerder aangegeven dat de directeur verantwoordelijk is voor het aanbieden van een volledig ISD-programma. Klagers terugplaatsing naar de p.i.
Hoogeveen geschiedde naar aanleiding van gebrekkige communicatie tussen klager en de behandelaars in de FPA Cederborg. Feitelijk hadden de gesprekken met klager gevoerd moeten worden met behulp van een tolk.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager is teruggeplaatst vanuit de FPA Cederborg, waar hij niet naartoe wilde, naar de inrichting omdat hij niet mee wilde werken aan een behandeling, waarvan observatie en diagnostiek deel uit kunnen maken, Daarnaast werd gemeld dat klagers familie
dreigde met de behandelaars te gaan praten, wat voor de FPA Cederborg niet gewenst was. De inrichting is aansprakelijk voor de inhoud van het hem aangeboden programma. De extramurale plaatsing is gedaan door de selectiefunctionaris. Klager heeft een
mondelinge waarschuwing gekregen van het personeel van de FPA Cederborg en niet van de directeur. Omdat klager niet wilde meewerken, is besloten hem terug te halen. Die terugplaatsing is achteraf door de selectiefunctionaris bekrachtigd. Klager heeft
consequent niet mee willen werken. Aan klager is een ISD-programma aangeboden.

3. De beoordeling
Door en namens klager is gesteld dat hem geen volledig ISD-programma is aangeboden. Uit de inlichtingen van de directeur is voldoende aannemelijk geworden dat klager noch in de p.i. Hoogeveen, noch tijdens zijn plaatsing in de FPA Cederborg heeft
willen
meewerken aan hetgeen hem werd geboden. Tegen het licht van deze vaststelling, treft het standpunt van klager dat hem geen volledig ISD-programma is aangeboden, een standpunt dat overigens niet nader is onderbouwd, geen doel.
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan daarom – voor zover dat is komen vast te staan – niet leiden tot een ander oordeel dan dat van de beklagcommissie. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr J.A.M. de Wit, voorzitter, drs. R.K. Boelens en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 3 december 2012

secretaris voorzitter

Naar boven