Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/2593/GB, 26 november 2012, beroep
Uitspraakdatum:26-11-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/2593/GB

Betreft: [klager] datum: 26 november 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. M.R. Kok, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 8 augustus 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de penitentiaire inrichting (p.i.) Hoogeveen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 11 augustus 2009 gedetineerd. Hij verbleef in de locatie Zwaag. Op 27 juli 2012 is hij geplaatst in de p.i. Hoogeveen, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De p.i. Hoogeveen is volgens klager niet de enige inrichting waar klager terecht kan in verband met de mededaders en de GVM status. Voorts heeft klager schade geleden doordat hij niet
tijdig op de hoogte was van de overplaatsing en geen enkele inspraak heeft gehad in de keuze voor een andere inrichting, in het bijzonder in de buurt van zijn familie.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Gedetineerden hebben nooit inspraak in het bepalen van de inrichting. Er kan een voorkeur worden uitgesproken, deze hoeft echter niet gevolgd te worden. Klager staat op
de GVM-lijst waardoor hij in een beperkt aantal inrichtingen geplaatst kan worden. Bovendien moet er rekening worden gehouden met de mededaders in de strafzaak.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis in de p.i. Hoogeveen is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Klager staat geplaatst op de GVM lijst met als status verhoogd. Op grond van deze status komt hij alleen in aanmerking voor plaatsing in een inrichting met beveiligingsniveau III. Gesteld noch gebleken is dat klager vanwege zijn plaatsing in de
p.i. Hoogeveen geheel verstoken is van bezoek. De enkele stelling dat klager ook in een andere goed beveiligde inrichting kan worden geplaatst, betekent niet dat de beslissing van de selectiefunctionaris om die reden niet in stand kan blijven. De
beroepscommissie constateert dat de selectiefunctionaris een beslissing op het bezwaarschrift heeft genomen voordat de termijn voor het aanvullen van het bezwaarschrift was verstreken. Niettemin kan ook dit niet tot gegrondheid van het beroep leiden,
nu
klager in beroep alsnog in de gelegenheid is gesteld zijn standpunt weer te geven.
De beslissing van de selectiefunctionaris, gebaseerd op de onder 3.2 genoemde gronden, kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van A. Sinan, secretaris, op 26 november 2012

secretaris voorzitter

Naar boven