Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/1467/GA en 12/1526/GA, 14 november 2012, beroep
Uitspraakdatum:14-11-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Bezoek  v

Uitspraak

nummers: 12/1467/GA en 12/1526/GA

betreft: [klager] datum: 14 november 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van twee bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschriften van

de directeur van de locatie Esserheem te Veenhuizen en

[...], verder te noemen klager

gericht tegen een uitspraak van 4 mei 2012 van de beklagcommissie bij voormelde locatie gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 10 september 2012, gehouden in de penitentiaire inrichting Hoogeveen, zijn gehoord klager en C. Holierook, plaatsvervangend vestigingsdirecteur, en [...], juridisch medewerker van de locatie Esserheem.

Klagers raadsman mr. H.M. Dunsbergen is niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de weigering van bezoek van klagers advocaat op 10 februari 2012.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard en aan klager geen tegemoetkoming toegekend op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
Door en namens de directeur is in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Bezoek van advocaten vindt alleen plaats buiten bloktijden. Dit staat los van het feit of een gedetineerde nu wel of niet naar de arbeid gaat. Klager was op dat moment niet naar de arbeid, maar bevond zich op de afdeling. Voor bezoek van de advocaat
moet klager begeleid worden naar de advocatenkamer. Ook moet er iemand bij de balie zitten om de deuren voor hem te openen en dit is tijdens bloktijden heel lastig.
Het advocatenbezoek had geen spoedeisend karakter. Het ging om een herzieningsverzoek. In december 2011 had de advocaat aangekondigd binnenkort langs te komen en pas op
6 februari 2012 heeft hij aangegeven dat hij van plan was om dit daadwerkelijk te doen. Daar zit veel tijd tussen. De advocaat was nog niet onderweg. Een medewerker heeft de advocaat geïnformeerd dat het bezoek tijdens bloktijden niet door kon gaan.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep als volgt toegelicht.
Klager is bezig met een herzieningsprocedure en heeft daarvoor regelmatig contact met zijn advocaat. Zijn advocaat is gevestigd in Zeeland en als hij klager in Veenhuizen bezoekt, kost dat hem een dag. Die dag had de advocaat tevens een zitting in
Assen
en kwam het goed uit om klager te bezoeken. Het is voor klager de eerste keer dat bezoek van zijn advocaat is geweigerd. Verdere bespreking van klagers herzieningsverzoek was noodzakelijk. Klager was niet naar de arbeid en gaat zelfstandig naar bezoek.
Bij gesloten deuren belt hij aan en de deuren gaan dan vanzelf open. Klager heeft, omdat hij niet met zijn advocaat heeft kunnen spreken, extra telefoonkosten en kosten voor postzegels moeten maken. Voorts is vertraging ontstaan in de
herzieningsprocedure. Een tegemoetkoming van € 100,= is schappelijk. Klager is psychologisch leed toegebracht. Als hiermee rekening wordt gehouden in de tegemoetkoming zou € 100,= niet voldoende zijn.
Dat de advocaat in december 2011 heeft aangekondigd dat hij klager zou bezoeken en pas in februari 2012 een afspraak wilde maken, heeft te maken met de vakantieperiode en de planning van de advocaat. Er was geen sprake van termijnen die zouden
verlopen.
Klager heeft uiteindelijk een maand later met zijn advocaat gesproken.

3. De beoordeling
Uit 3.8.2 van de huisregels volgt dat klager onder regie van de inrichting, mits dit minimaal één dag van tevoren tijdens kantooruren is aangemeld, op iedere werkdag tijdens kantooruren bezoek van zijn advocaat kan ontvangen. Indien hij bezoek van zijn
advocaat wil ontvangen gedurende het dagdeel of de blokperiode dat klager voor de arbeid is ingedeeld kan dit niet, tenzij de zaak een spoedeisend karakter heeft en/of de directeur beslist dat klager gedurende het dagdeel of de betreffende blokperiode
niet aan de arbeid deelneemt.

Vast is komen te staan dat klager op de wachtlijst voor de arbeid stond en derhalve voor het dagdeel dat hij bezoek van zijn advocaat wenste te ontvangen niet voor de arbeid was ingedeeld. Ingevolge het bepaalde in de betreffende huisregel kon hij dan
ook, los van de vraag of het bezoek een spoedeisend karakter droeg, bezoek van zijn advocaat ontvangen, mits hij dit bezoek minimaal één dag van tevoren tijdens kantooruren had aangemeld. Aan deze laatste voorwaarde heeft klager evenwel niet voldaan.

De advocaat, afkomstig uit Goes, die in het noorden van het land moest zijn, kwam het goed uit, zo blijkt uit zijn brief van 19 april 2012, een bezoek aan klager te brengen.
De raadsman heeft zijn bezoek, zo begrijpt de beroepscommissie, niet overeenkomstig het bepaalde in huisregel 3.8.2 vooraf kenbaar gemaakt. Niet is gebleken van de onmogelijkheid om dit bezoek vooraf aan te kondigen.
De directeur heeft aannemelijk gemaakt dat een bezoek van een raadsman een extra appel doet op de inzet van personeel, en heeft geweigerd, nu ook van spoed geen sprake bleek te zijn, de raadsman tot klager toe te laten.
Naar het oordeel van de beroepscommissie kan na afweging van alle in aanmerking komende belangen de beslissing van de directeur niet als onredelijk en onbillijk worden aangemerkt. Derhalve zal de beroepscommissie het beroep van de directeur gegrond
verklaren. Nu het beklag alsnog ongegrond zal worden verklaard, zijn er geen termen voor het toekennen van enige tegemoetkoming aan klager. Gelet daarop is de grondslag aan het beroep van klager komen te ontvallen en moet het beroep van klager
ongegrond
worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep van de directeur gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond. Zij verklaart het beroep van klager ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, dr. H.G. van de Bunt en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van
mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 14 november 2012

secretaris voorzitter

Naar boven