Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/2570/GB, 31 oktober 2012, beroep
Uitspraakdatum:31-10-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/2570/GB

Betreft: [klager] datum: 31 oktober 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 10 augustus 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de penitentiaire inrichting (p.i.) Haarlem ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 17 juli 2012 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. van de locatie Zwaag. Op 3 augustus 2012 is hij overgeplaatst naar de p.i. Haarlem.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager is altijd discreet geweest in deze zaak en hij zal discreet blijven. Klager heeft van familie gehoord dat de medewerkers van de locatie Zwaag niet discreet zijn geweest. Klager wil zijn detentie graag uitzitten in een inrichting in de regio
Zwaag, omdat zijn familie daar woonachtig is. Klager wil het beroep graag mondeling toelichten.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
De directeur van de locatie Zwaag heeft klager voorgesteld voor overplaatsing. Het slachtoffer van het strafbare feit waarvoor klager thans in voorlopige hechtenis verblijft, is een broer van twee medewerkers van de locatie Zwaag. De politie
Noord-Holland Noord heeft dit bevestigd. Klager is overgeplaatst naar een andere inrichting om een ongestoorde tenuitvoerlegging van de detentie te kunnen blijven waarborgen. Klager kan, indien hij in eerste aanleg veroordeeld wordt, geplaatst worden
in
de gevangenis van de locatie Zuyder Bos.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Klager wil zijn beroep graag mondeling toelichten. Nu onvoldoende gemotiveerd is waarom klager zijn beroep mondeling wil toelichten en de beroepscommissie zich voldoende ingelicht acht om op het beroep te beslissen, wijst de beroepscommissie
het
verzoek af.

4.3. Uit de stukken blijkt dat het slachtoffer van het strafbare feit waarvoor klager thans in voorlopige hechtenis verblijft een broer is van twee medewerkers van de locatie Zwaag. Gelet hierop kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde
beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 31 oktober 2012

secretaris voorzitter

Naar boven