Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3099/GB, 30 oktober 2012, beroep
Uitspraakdatum:30-10-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/3099/GB

Betreft: [klager] datum: 30 oktober 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. B.H.J. van Rhijn, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 2 oktober 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot deelname aan een penitentiair programma (p.p.) afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 12 april 2011 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de penitentiaire inrichtingen Lelystad.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klagers verzoek om deelname aan een penitentiair programma (p.p.) is afgewezen vanwege het plegen van een nieuw strafbaar feit op 27 maart 2011. Reclassering Nederland heeft echter een nieuw adviesrapport geschreven op 3 september 2012, waarin wordt
geconcludeerd dat klager voldoet aan de voorwaarden en dat deelname aan een p.p./e.t. traject wordt geadviseerd.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klager heeft zich blijkens de rapportage van de reclassering niet gehouden aan de meldplicht en de algemene voorwaarde dat hij geen nieuw strafbaar feit mag
plegen. Klager is op 27 maart 2011 opnieuw in verzekering gesteld vanwege poging tot diefstal. Klager heeft daarmee aangetoond zich niet aan de gemaakte afspraken te kunnen houden en de voorwaarden die de reclassering stelt.

4. De beoordeling
4.1. In artikel 4 van de Pbw en de artikelen 7 en 9 van de Penitentiaire maatregel (Pm) zijn de voorwaarden opgenomen waaraan het penitentiair programma en de gedetineerde moeten voldoen.

4.2. In zijn verweer op het beroepschrift van klager van 16 oktober 2012 stelt de selectiefunctionaris onder meer dat klager zich niet heeft gehouden aan de voorwaarden gesteld door de reclassering en dat een eerder verzoek tot plaatsing in een
Z.B.B.I. werd afgewezen in verband met het niet afronden van een COVA-training. De selectiefunctionaris verwijst ook naar het re-integratieplan waarin staat dat klager puur deelneemt aan TR om de mogelijkheid van detentiefasering daaraan te koppelen.
Kennelijk heeft klager geen respect voor de reclassering doch stemt hij alleen in met medewerking om maar te kunnen faseren. Gelet daarop stelt de selectiefunctionaris geen vertrouwen te hebben in het feit dat klager zich nu wel zal gaan houden aan de
voorwaarden die de reclassering hem oplegt. Ook een enkelbandje in het kader van Elektronisch Toezicht biedt geen garantie dat betrokkene zich nu wel aan de voorwaarden zal gaan houden, reden voor de selectiefunctionaris om deelname aan een p.p. af te
wijzen. Het reclasseringsrapport van 3 september 2012 kan, gelet op al het vorenstaande, niet afdoen aan de door de selectiefunctionaris genomen beslissing.

Naar het oordeel van de beroepscommissie kan bij afweging van alle in aanmerking komende belangen de beslissing van de selectiefunctionaris niet als onredelijk en onbillijk worden aangemerkt.

4.3 De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de bestreden beslissing.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, dr. mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 30 oktober 2012

secretaris voorzitter

Naar boven