Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/2413/GB, 18 september 2012, beroep
Uitspraakdatum:18-09-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/2413/GB

Betreft: [klager] datum: 18 september 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 25 juli 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Breda afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 1 juni 2012 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. van de p.i. Grave.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klagers vriendin is woonachtig in Bergen op Zoom en zit bij een SDW programma waarbij zij maar € 60,= in de week ontvangt. Het kost klager geld om haar naar de p.i. Grave te laten brengen, zodat zij
op bezoek kan komen. Het klopt dat hij bezoek ontvangt, maar dit is wel heel moeilijk. Voorts heeft klager een stiefkind dat zwaar gehandicapt is en daardoor niet lang kan reizen. Hij heeft zijn oude ouders en zijn stiefkind al acht weken niet kunnen
zien. Klager geeft aan dat zijn medische gegevens bij zijn advocaat kunnen worden opgevraagd. Zijn vriendin heeft alles naar zijn advocaat gestuurd. Hij kon zelf niet binnen een week aan de gegevens komen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klager wil vanuit het h.v.b. van de p.i. Grave worden overgeplaatst naar het h.v.b. van de p.i. Breda, omdat zijn ouders niet meer kunnen reizen, zijn vriendin
geen rijbewijs heeft en één van zijn stiefkinderen gehandicapt is. Uit de informatie van de inrichting blijkt dat klager bezoek krijgt in de p.i. Grave. Voorts ondersteunt klager zijn verzoek niet met een medische verklaring van een arts of medicus
waaruit blijkt dat zijn ouders moeilijk in staat zijn te reizen of dat hij een gehandicapt stiefkind heeft. Tevens is er onvoldoende zicht op klagers functioneren. Aan klager waren alle beperkingen opgelegd. Dit is pas drie weken geleden opgeheven. Dit
is volgens de selectiefunctionaris vooralsnog te kort om een goed beeld van klager te krijgen.

4. De beoordeling
4.1. Namens de beroepscommissie is klagers advocaat, mr. W.B.M. Bos, verzocht om toezending van de medische gegevens waar klager in zijn beroepschrift naar verwijst. Klagers raadsman heeft hier bij brief van 30 augustus 2012 op gereageerd. Een
afschrift hiervan is aan de selectiefunctionaris verstuurd, die daar niet op heeft gereageerd.

4.2. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.3. Voor de selectie van gedetineerden geldt het uitgangspunt dat voorlopig gehechten, gelet op het belang van een goede rechtsgang, in een h.v.b. worden geplaatst in dan wel nabij het arrondissement van vervolging. Zowel de inrichting waar klager
thans verblijft als de inrichting van zijn voorkeur bevinden zich in of nabij het arrondissement van vervolging. Klager wenst te worden overgeplaatst in verband met bezoekproblemen. Bezoekproblemen zijn in beginsel inherent aan het ondergaan van
detentie. Slechts in bijzondere gevallen wordt een uitzondering gemaakt. Er dient dan sprake te zijn van een voldoende sociale en/of medische indicatie, onderbouwd door verklaringen van een deskundige. Namens klager zijn (alsnog) stukken met betrekking
tot zijn medische toestand, de medische toestand van zijn vriendin en die van hun gehandicapte (stief)kind overgelegd. Tevens zijn namens klager stukken met betrekking tot de financiële situatie van klagers vriendin overgelegd. Gelet op hetgeen klager
heeft aangevoerd en gelet op de overgelegde medische gegevens is de beroepscommissie van oordeel dat de bestreden beslissing onvoldoende is gemotiveerd. Het beroep zal derhalve gegrond worden verklaard. De beslissing zal worden vernietigd en de
selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak, waarbij het, naar het oordeel van de beroepscommissie, voor de hand ligt dat de selectiefunctionaris het advies van de Medisch Adviseur van
het Ministerie van Veiligheid en Justitie inwint. De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming aan klager.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
kent klager geen tegemoetkoming toe.

12/2413/GB

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
mr. M.L. Koster, secretaris, op 18 september 2012

secretaris voorzitter

Naar boven