Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/2850/GB, 14 september 2012, beroep
Uitspraakdatum:14-09-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/2850/GB

Betreft: [klager] datum: 14 september 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 10 september 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de oproep zich te melden in de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) van de locatie Westlinge te Heerhugowaard niet-ontvankelijk verklaard.

2. De feiten
Klager is op 24 juni 2005 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 180 dagen met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht (in dit geval 2 dagen). Voornoemde uitspraak is op 7 februari 2006 onherroepelijk geworden. Op 13 februari 2012
is klager opgeroepen om zich op 15 maart 2012 te melden in de b.b.i. van de locatie Westlinge. Klager heeft hiertegen een bezwaarschrift ingediend en hem is uitstel verleend. Op 12 maart 2012 is klager opgeroepen om zich op 17 september 2012 te melden
in de b.b.i. van de locatie Westlinge. Op 7 september heeft klager hiertegen een bezwaarschrift ingediend dat op 10 september 2012 niet-ontvankelijk is verklaard. Een door klager ingediend gratieverzoek is op 31 januari 2012 afgewezen. Klager heeft een
nieuw gratieverzoek ingediend. Op dit verzoek is tot op heden nog niet beslist.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager verzoekt om uitstel van de melddatum in afwachting van de beslissing op het door klager ingediende gratieverzoek. Klager heeft vijf kinderen en zijn vrouw heeft sinds de geboorte van hun laatste dochter last van depressies. Klagers vrouw is niet
in staat om voor zichzelf en de kinderen te zorgen. Klagers vrouw is onder behandeling van een huisarts. Klager zorgt voor zijn vrouw en zijn vijf kinderen. Klager had zijn gepensioneerde moeder bereid gevonden om te helpen, maar zijn moeder wordt op
korte termijn geopereerd en zal daarna langdurig uitgeschakeld zijn. Klager heeft opnieuw een gratieverzoek ingediend vanwege de verslechterde thuissituatie. Dit gratieverzoek heeft echter geen opschortende werking.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Het bezwaarschrift tegen de oproep tot melden is te laat ingediend en derhalve was klager niet-ontvankelijk in zijn bezwaar. De selectiefunctionaris heeft klager op 9 maart 2012, ondanks een te laat ingediend bezwaarschrift, uitstel verleend voor de
maximale duur van zes maanden. De selectiefunctionaris heeft hierbij aangegeven dat dit eenmalig was en dat klager de noodzakelijke voorbereidingen diende te treffen met betrekking tot de opvang van zijn kinderen. Klager had zich, indien er problemen
waren met betrekking tot de opvang van zijn kinderen, kunnen melden bij het Bureau Jeugdzorg of het Centrum voor Werk en Gezin in zijn woonplaats of in de regio.

4. De beoordeling
Nog afgezien van het feit dat klager de bezwaartermijn ruimschoots heeft overschreden en de selectiefunctionaris daarom met reden heeft geoordeeld dat klager niet-ontvankelijk was in zijn bezwaar, is ook niet gebleken van dusdanige feiten of
omstandigheden dat de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris onredelijk of onbillijk moet worden geacht. Klager is reeds eerder uitstel verleend voor de maximale duur van zes maanden om de nodige
voorbereidingen te kunnen treffen met betrekking tot de opvang van zijn minderjarige kinderen. De beroepscommissie is derhalve van oordeel dat klager voldoende gelegenheid heeft gehad om te anticiperen op zijn aankomende detentie. Klagers beroep zal
derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 14 september 2012

secretaris voorzitter

Naar boven