Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/2298/GB, 29 augustus 2012, beroep
Uitspraakdatum:29-08-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/2298/GB

Betreft: [klager] datum: 29 augustus 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een op 9 juli 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klaagsters verzoek tot overplaatsing naar gevangenis van de locatie Nieuwersluis afgewezen.

2. De feiten
Klaagster is sedert 2 november 2009 gedetineerd. Zij verblijft op de Extra Zorg Voorziening (EZV) in de gevangenis van de locatie Zwolle Zuid 2.

3. De standpunten
3.1. Klaagster heeft het beroep als volgt toegelicht. Klaagster verblijft nu tien maanden in Nederland. Ze heeft op de EZV nooit een incident gehad. Half mei is klaagster op een andere afdeling geplaatst. Hier heeft een incident plaatsgevonden met
een vrouwelijke p.i.w.-er. Van dit incident is een rapport opgemaakt en door dit rapport wordt klaagster nu niet overgeplaatst. Hier is klaagster het niet mee eens. Ze voelde zich bedreigd en onveilig en heeft daardoor verkeerd gereageerd. Ze heeft
hiervoor haar excuses aangeboden. De maanden dat er geen incidenten hebben plaatsgevonden tellen kennelijk niet meer mee. Ze had al veel eerder om overplaatsing gevraagd en daar is nooit op gereageerd. Klaagster wil naar de locatie Nieuwersluis, zodat
ze haar gedrag kan verbeteren. Nieuwersluis is dichter bij haar bezoek.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klaagster is wegens ernstige misdragingen in de gevangenis op Curaçao en cellentekort aldaar naar Nederland gebracht om een gedeelte van haar straf hier te
ondergaan. In september 2011 is klaagster in de locatie Zwolle Zuid 2 geplaatst. Ze laat hier zeer negatief gedrag zien en trekt anderen hierin mee. Op 3 juni 2012 kreeg klaagster een rapport wegens haar gedrag. Bij het aanzeggen van dit rapport sloeg
ze een p.i.w.-er in het gezicht. Klaagster geeft aan dat ze in de locatie Nieuwersluis een nieuwe start wil maken. Ze heeft met haar komst in Nederland de kans gekregen om een nieuwe start te maken en deze kans niet aangepakt. Het is niet aannemelijk
dat haar gedrag in een andere inrichting in positieve zin zal veranderen. Ze kan eerst een gedragsverandering in de huidige locatie laten zien.

4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Met de selectiefunctionaris is de beroepscommissie van
oordeel dat klaagster allereerst daadwerkelijk zal moeten aantonen dat haar gedrag een wending ten goede vertoont, alvorens honorering van een overplaatsingsverzoek in overweging genomen kan worden. Hierbij merkt de beroepscommissie op dat het incident
dat heeft plaatsgevonden in de locatie Zwolle Zuid 2 een overplaatsing niet noodzakelijk maakt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
P.A.M. Peters, secretaris, op 29 augustus 2012

secretaris voorzitter

Naar boven