Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/0922/TB, 17 augustus 2012, beroep
Uitspraakdatum:17-08-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 12/922/TB

betreft: [klager] datum: 17 augustus 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van, ingediend door mr. Th.C. Schouten, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 17 februari 2012 van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verder te noemen de Staatssecretaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsvrouw mr. Th.C. Schouten om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Door het secretariaat is meermalen telefonisch en eenmaal per e-mail contact gezocht met de raadsvrouw teneinde medische verklaringen met betrekking tot klagers ouders te verkrijgen. Telefoon en e-mail werden niet beantwoord.

Klager en zijn raadsvrouw zijn vervolgens per post en bij faxbericht van 29 juni 2012 door het secretariaat van de Raad verzocht om vóór 10 juli 2012 bovenbedoelde medische verklaringen aan het secretariaat toe te zenden. Voordat het bericht aan klager
is gefaxt is door het secretariaat telefonisch contact opgenomen met klagers afdeling en is door een medewerker meegedeeld dat klager kennis zou kunnen nemen van de inhoud van dit faxbericht.
Klager en zijn raadsvrouw hebben niet op het verzoek gereageerd.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft beslist klager te plaatsen in FPC Oldenkotte te Rekken.

2. De feiten
Klager is bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak ter beschikking gesteld (tbs) met bevel tot verpleging van overheidswege. De Staatssecretaris heeft op 17 februari 2012 beslist klager te plaatsen in FPC Oldenkotte. Deze plaatsing is op 28
februari 2012 gerealiseerd.

3. De standpunten
Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
De beslissing is op 23 februari 2012 aan klager uitgereikt. Op 28 februari 2012 is klager geplaatst in FPC Oldenkotte. Op dat moment waren zijn spullen nog niet naar FPC Oldenkotte verstuurd. De plaatsingsbeslissing bevond zich nog steeds in de
penitentiaire inrichtingen Nieuwegein. Aangezien klager vrijwel blind is was het voor hem niet mogelijk zelf een beroepschrift te schrijven en ook heeft hij het adres niet onthouden waarnaar het beroepschrift moest worden toegestuurd. Nadat de
raadsvrouw op 14 maart 2012 het bovenstaande had vernomen, heeft zij p.i. Nieuwegein gebeld. Op 15 maart 2012 heeft de p.i. Nieuwegein de beslissing gefaxt aan de raadsvrouw. Tengevolge van klagers handicap heeft hij niet tijdig beroep kunnen instellen
tegen de plaatsingsbeslissing.
Klager vindt het heel erg dat hij ver van zijn familie is geplaatst. Bij de psycholoog van de p.i. Nieuwegein heeft klager aangegeven dat hij naar de Van der Hoevenkliniek in Utrecht wilde. De Van der Hoevenkliniek heeft bij die psycholoog aangegeven
dat er plaatsen vrij waren in de Van der Hoevenkliniek.
Klagers ouders zijn 83 jaar oud en wonen in een verzorgingshuis in Utrecht. Zijn moeder lijdt aan dementie en Parkinson. De ouders hebben hun zoon veertien maanden niet gezien, omdat het voor de ouders moeilijk was dat hun zoon in een gevangenis zat.
Klager wilde het zijn ouders niet aandoen om hem daar te zien. Hij was bang dat zij dit niet aan zouden kunnen. De ouders missen hun zoon en willen hem graag opzoeken. Het is voor zijn ouders niet mogelijk om naar Rekken te reizen. Ook niet per taxi.
Zijn moeder kan niet langdurig zitten en valt schuin in de auto. Daarnaast krijgt zij last van vochtophoping en andere kwalen. Voorts brengt de vergevorderde vorm van dementie gebreken met zich mee, waardoor een langdurige autorit een verschrikking
wordt.

Namens de Staatssecretaris is inzake het beroep het volgende standpunt ingenomen.
Het beroep is te laat ingediend. Het gegeven dat klager blind is, is geen reden voor termijnoverschrijding.
Klager is geplaatst volgens de a-selecte plaatsingssystematiek, waarmee wordt beoogd een spoedige aanvang van zijn behandeling te bewerkstelligen. Dit belang gaat vóór het belang van regionale voorkeur, zoals ook meermalen is bevestigd door de
beroepscommissie.
Niet gebleken is dat de wens van klager om dichter in de buurt van zijn ouders geplaatst te worden uit oogpunt van behandeling en resocialisatie (thans) dermate dringend is dat deze dient te prevaleren boven het belang van een spoedige plaatsing en
aanvang van de behandeling. Mocht in het kader van de behandeling noodzakelijk blijken om de familiebanden aan te halen dan zal dit een plaats krijgen in klagers behandeling.

4. De beoordeling
Namens de Staatssecretaris is niet betwist dat klager een visuele handicap heeft. De beroepscommissie zal klager voor wat betreft zijn stelling dat dit hem heeft belemmerd om tijdig beroep in te dienen het voordeel van de twijfel geven en hem ontvangen
in het beroep.

Bij de plaatsing van ter beschikking gestelden dient de Staatssecretaris, op grond van artikel 11, tweede lid, van de Bvt in zijn overwegingen te betrekken:
a) de eisen die de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de ter beschikking gestelde voor de veiligheid van anderen dan de ter beschikking gestelde of de algemene veiligheid van personen of goederen stelt, en
b) de eisen die de behandeling van de ter beschikking gestelde gezien de aard van de bij hem geconstateerde gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens stelt.

Uitgangspunt van het op grond van het IBO II-rapport door de Staatssecretaris geformuleerde beleid is dat alle tbs-inrichtingen geoutilleerd zijn voor iedere ter beschikking gestelde, met uitzondering van een aantal speciale categorieën, te weten
vrouwen, zwakbegaafden en extreem beheers- en vluchtgevaarlijke ter beschikking gestelden. Daarnaast wordt onderscheiden naar de primaire psychopathologie: psychotische stoornis of persoonlijkheidsstoornis.

De Staatssecretaris heeft de beslissing tot plaatsing van klager genomen op basis van zijn intelligentie, de ten aanzien van hem gestelde diagnose en gegevens omtrent het al dan niet bestaan van een beheers\vluchtrisico.

Klager heeft weliswaar stevige argumenten aangevoerd die zouden kunnen leiden tot het oordeel dat de Staatssecretaris in redelijkheid niet tot de bestreden plaatsingsbeslissing heeft mogen komen, maar de noodzakelijke onderbouwing van de gestelde
onmogelijkheid van bezoekmogelijkheden van zijn ouders is achterwege gebleven, ondanks herhaalde verzoeken van het secretariaat van de Raad aan de raadsvrouw om in een en ander te voorzien.
Het belang dat tbs-gestelden zo snel mogelijk worden geplaatst opdat hun behandeling zo spoedig mogelijk kan aanvangen weegt in de regel zwaarder dan regionale voorkeur.
Gelet op het voorgaande is het de beroepscommissie niet gebleken dat thans uit het oogpunt van het belang van klagers behandeling plaatsing van klager in een bepaalde regio ten behoeve van bezoekmogelijkheden zózeer wenselijk is dat dit dient te
prevaleren boven het belang van een plaatsing op korte termijn in FPC Oldenkotte. Het is aan de inrichting te bepalen in hoeverre het in het kader van klagers behandeling van belang zal zijn dat zijn familieleden daarbij worden betrokken. De wijze
waarop door een tbs-inrichting invulling wordt gegeven aan een tbs-behandeling staat niet ter beoordeling van de beroepscommissie.

Het hiervoor overwogene in aanmerking genomen kan de beslissing klager te plaatsen in FPC Oldenkotte, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden
verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. R.M. Maanicus en drs. G.A.M. Mensing, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 17 augustus 2012

secretaris voorzitter

Naar boven