Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/0276/TA, 12/0374/TA, 12/375/TA en 12/376/TA, 14 juni 2012, beroep
Uitspraakdatum:14-06-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummers: 12/276/TA, 12/374/TA, 12/375/TA en 12/376/TA

betreft: [klager] datum: 14 juni 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. S.O. Roosjen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen vier uitspraken van respectievelijk 19 januari 2012, 16 januari 2012 en 24 januari 2012 van de beklagcommissie bij FPC De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraken waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak zijn gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 27 april 2012, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam Over-Amstel, zijn gehoord klager en [...], hoofd risicomanagement en behandeling, en de juridisch medewerker [...] van voormelde tbs-inrichting.

Klager heeft meegedeeld dat zijn raadsman mr. S.O. Roosjen verhinderd is om ter zitting te verschijnen.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft a. het niet betrachten c.q. de wijze van betrachten van de zorgplicht voor wat betreft klagers kiespijn, b. afzondering in de eigen verblijfsruimte ingaande op 27 augustus 2011, c. de beperking van klagers recht om te luchten tijdens
zijn kamerprogramma ingaande op 30 augustus 2011 en eindigend op 2 september 2011, d. separatie ingaande op 26 oktober 2011 en eindigend op 4 november 2011 en e. de chantage van klager c.q. het voortduren van separatie, indien klager geen
antipsychotica
inneemt.

De beklagcommissie heeft het beklag vermeld onder a, b, d en e ongegrond verklaard
en klager niet-ontvankelijk verklaard in het beklag vermeld onder c op de gronden als in
de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
a. Op het moment van indienen van het beklag werd klager op geen enkele manier
geholpen. Er is sprake is van het niet betrachten van de zorgplicht en een ontvankelijk beklag. Op 7 juli 2011 is hij de inrichting binnengekomen en op 23 juli 2011 heeft hij aangegeven dat hij kiespijn had. Hij kon door de kiespijn niet eten. Dat de
inrichting stelt dat hij op 19 augustus 2011 de tandartsassistente heeft gesproken en geen klachten over kiespijn zou hebben gemeld, is onbegrijpelijk. Klager had een dikke wang en veel pijn. Hij heeft Ibuprofen gekregen, maar kon dit niet innemen,
omdat het een chemische reactie gaf. Op 26 augustus 2011 heeft de tandarts zijn kies getrokken en waren zijn klachten verholpen. De tandarts komt eenmaal in de twee à drie weken. Bij een acuut geval komt hij direct. In het huis van bewaring was al een
foto van de kies gemaakt. Het was in de inrichting bekend dat er iets aan de hand was met de kies.
b. Klager kreeg een trap van een medeverpleegde. Dit was een grote zware man die gefrustreerd op klager afliep. Klager wilde aangifte doen. Hij heeft nog steeds steken rond zijn hart. Klager heeft alleen maar grensoverschrijdend verbaal gedrag
vertoond.
Gelet op zijn verleden zou bekend kunnen zijn dat hij zijn woorden niet in daden zal omzetten. Woorden zijn geuit in verband met frustratie over het niet doorgaan van een nieuwe resocialisatiepoging. Een andere reactie op zijn gedrag was mogelijk
geweest.
c. Klager kon niet naar de patio om te luchten. Hij had geen keycard en verwijst naar zijn eerdere beklagzaak nummer K2011/000160 die door de beklagcommissie gegrond is verklaard. Hij heeft twee à drie dagen niet kunnen luchten. Afgezien van de
mogelijkheid om vier uur met andere verpleegden door te brengen, dient hem een uur luchten te worden geboden
d. Er is sprake van miscommunicatie. Hij heeft de Imam verteld dat hij ooit aan suïcide heeft gedacht, maar dit was niet concreet. Hij had zalf gebruikt in verband met eczeem en de waterkoker ingeschakeld, omdat hij thee wilde zetten. Hij smeert zich
twee tot driemaal in per week. De aangetroffen drugs op zijn kamer zijn onvoldoende grond voor separatie. Klager gebruikte de drugs, omdat hij pijn had. De psychiater had hem zijn pijnstillers afgenomen. Het verblijf in de separeercel heeft 85 dagen
geduurd.
e. Als klager geen antipsychotica zou innemen, zou zijn separatie voortduren. Dit was pure chantage.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
a. Op 12 augustus 2011 heeft klager gemeld dat hij kiespijn had en is een email gestuurd naar de medische dienst om dit te melden. De medische dienst leest email binnen een half uur. Klager heeft Ibuprofen gekregen en is ingepland bij de
tandartsassistente en gezien op 19 augustus 2011. Hij heeft toen geen klachten over kiespijn gemeld. Op 26 augustus 2011 is hij gezien door de tandarts en is zijn kies getrokken. Tussentijds heeft klager geen kiespijnklachten gemeld.
b. De beslissing staat los van het incident, waarnaar klager refereert. Klager is afgezonderd, omdat hij, nadat het personeel niet op een oproep ’s nachts had gereageerd, ’s ochtends verhaal ging halen bij het personeel. Hij werd boos, liep weg uit
gesprek, verhief zijn stem, nam een dreigende houding aan en schold. ’s Middags heeft het personeel een poging gedaan om met hem in gesprek te gaan, maar hij schold het personeel weer uit. Op 30 augustus 2011 is hem een kamerprogramma opgelegd.
c. Klager wist dat hij binnen de vier uur die hij met medeverpleegden kon doorbrengen naar de patio kon gaan en hij wist waar de patio was. Hij had de staf kunnen vragen om voor hem de deur open te doen. De eerdere beklagzaak is gegrond verklaard,
omdat
klager toen nog maar kort in de inrichting verbleef.
d. De Imam heeft aan de staf verklaard dat klager had aangegeven dat hij drugs zou bezitten en gebruiken. Klager zou hem gezegd hebben dat druggebruik voor hem nog de enige reden was om te functioneren en dat hij suïcide zou plegen als dit hem zou
worden afgenomen. Klager was volledig ingezeept, waardoor hij moeilijk op een veilige wijze kon worden overgebracht. Aan het verhaal over zalf en de verklaring dat hij met de gloeiend hete waterkoker geen kwade plannen had en alleen thee wilde zetten,
wordt getwijfeld. Op 4 november 2011 is de maatregel omgezet in afzondering.
e. Klagers psychiatrisch beeld was dermate instabiel dat hij niet zomaar uit de separatie kon worden gehaald. De psychiater heeft klager meegedeeld dat er antipsychotica in tabletvorm zou worden voorgeschreven en dat klager de keuze had om dit wel/niet
in te nemen. Op basis van het toestandsbeeld kan dwangmedicatie worden toegediend. Hiervan was tijdens de separatie van klager geen sprake. Op 1 november 2011 heeft de psychiater de noodzaak van antipsychotica (Semap) met klager besproken. Klager
heeft
aangegeven geen nieuwe medicatie te willen, maar wel Diazepinen. De psychiater heeft geantwoord dat hij met klager wilde onderhandelen en hem eventueel tijdelijk Diazepinen wilde geven. Er is geen sprake van chantage.

3. De beoordeling
Ten aanzien van a overweegt de beroepscommissie dat het beklag het handelen door of namens de inrichtingstandarts betreft en dat op grond van de Bvt daartegen geen rechtsmiddel openstaat. De beroepscommissie zal derhalve op dit punt de uitspraak van de
beklagcommissie vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaren.

Ten aanzien van b, d en e overweegt dat beroepscommissie dat hetgeen in beroep is aangevoerd naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing kan leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve in zoverre ongegrond
worden verklaard.

Ten aanzien van c overweegt de beroepscommissie dat niet aannemelijk is geworden dat klager die niet beschikte over een keycard voor de patio in de gelegenheid is gesteld om te luchten. Zij zal derhalve het beroep gegrond verklaren, de uitspraak van de
beklagcommissie op dit punt vernietigen en het beklag alsnog gegrond verklaren. Zij kent klager ter zake een tegemoetkoming toe van € 15,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt met betrekking tot a de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in het beklag.
Zij verklaart het beroep met betrekking tot b, d en e ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie.
Zij verklaart het beroep met betrekking tot c gegrond, vernietigt op dit punt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij kent klager ter zake een tegemoetkoming toe van € 15,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, mr. C.F. Korvinus en mr. drs. T.A.M. Louwe, leden, in tegenwoordig-heid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 14 juni 2012

secretaris voorzitter

Naar boven