Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/0608/GB, 7 juni 2012, beroep
Uitspraakdatum:07-06-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/608/GB

Betreft: [klager] datum: 7 juni 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 15 februari 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) van het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) van de locatie Zwolle Zuid 1 afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 29 november 2011 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. van het PPC locatie Maastricht.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft beperkt contact met zijn kinderen. Klagers kinderen moeten lang reizen om hun vader te bezoeken. Dit zorgt voor een onnodig extra fysieke belasting. Tevens zijn klagers kinderen voor het vervoer naar Maastricht afhankelijk van derden.
Klager ontvangt elke week bezoek van zijn familie en vrienden. Klagers bezoek komt uit Noord-Holland, Friesland en Enschede. Zij moeten in totaal acht uur reizen om klager een uur te kunnen bezoeken. Klager verwijst naar een uitspraak van de
beroepscommissie van 16 augustus 2000 (00/945). Deze uitspraak houdt in dat voor plaatsing in een gevangenis persoonlijke omstandigheden, zoals de reistijd van familie en vrienden om klager te bezoeken, zwaar kunnen wegen. De selectiefunctionaris heeft
de bestreden beslissing niet deugdelijk gemotiveerd.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is ingesloten in het arrondissementsparket Arnhem. Klager is geselecteerd voor plaatsing in een PPC en dient qua beschikbare capaciteit in het PPC locatie Maastricht te worden geplaatst. De vier noordelijke provincies zijn aangewezen voor het
PPC
van de locatie Zwolle Zuid 1. Voor het PPC van de locatie Zwolle Zuid 1 is er structureel een wachtlijst met als gevolg dat gedetineerden die geselecteerd zijn voor een PPC en afkomstig zijn uit de vier noordelijke provincies in een PPC in een andere
regio worden geplaatst. Klager is in het PPC locatie Maastricht niet verstoken van bezoek. De omstandigheid dat klager gedetineerd is, brengt met zich mee dat er beperkte mogelijkheden kunnen zijn om bezoek te ontvangen.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Bezoekproblemen zijn inherent aan het ondergaan van detentie en vormen, behoudens bijzondere omstandigheden, geen selectiecriterium. Uit het selectieadvies blijkt dat klager niet verstoken is van familiebezoek. De op de onder 3.2 genoemde
gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in
tegenwoordigheid van E.E.M. Kapel, secretaris, op 7 juni 2012

secretaris voorzitter

Naar boven