Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/3446/GB + 11/3699/GB, 16 februari 2012, beroep
Uitspraakdatum:16-02-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/3446/GB + 11/3699/GB

Betreft: [klager] datum: 16 februari 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. H. Bos, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen de op 18 oktober 2011 genomen beslissingen van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissingen. Klagers raadsvrouwe heeft verzocht om een mondelinge behandeling van deze zaak, welk verzoek is afgewezen, nu de beroepscommissie zich door de inhoud van de stukken in beginsel
voldoende voorgelicht achtte. Zij is vervolgens tot 27 januari 2012 in de gelegenheid gesteld om nader schriftelijk te reageren, hetgeen niet is gebeurd.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissingen
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen als passant naar de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van het huis van bewaring (h.v.b.) van de locatie De Schie te Rotterdam
niet-ontvankelijk verklaard (11/3446/GB). Tevens heeft de selectiefunctionaris het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van het h.v.b. van de locatie
Zoetermeer ongegrond verklaard (11/3699/GB).

2. De feiten
Klager is sedert 17 augustus 2006 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte op de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van unit 1 te Vught. Op 11 augustus 2011 is hij als passant overgeplaatst naar de afdeling voor
beheersproblematische gedetineerden van het h.v.b. van de locatie De Schie. Op 5 oktober 2011 is klager overgeplaatst naar de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van het h.v.b. van de locatie Zoetermeer.

3. De standpunten
3.1 Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
In de selectiebeslissing van 7 september 2011 waarin klager wordt geselecteerd als passant voor de afdeling beheersproblematische gedetineerden van de locatie De Schie en in de selectiebeslissing van 7 september 2011 waarin klager wordt geselecteerd
voor de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de locatie Zoetermeer worden geen redenen vermeld voor de overplaatsing. Pas in de beslissing op bezwaar van 18 oktober 2011, waarin de selectiefunctionaris het bezwaarschrift met betrekking
tot overplaatsing naar de locatie Zoetermeer ongegrond verklaart, geeft de selectiefunctionaris aan dat klager is geselecteerd op basis van zijn persoonlijkheid en zijn gedrag. De selectiefunctionaris geeft niet aan welke informatie aan zijn stelling
ten grondslag ligt. Zijn selectiebeslissingen en beslissingen op bezwaar zijn derhalve niet zoals vereist door de wet met redenen omkleed. De selectiefunctionaris doelt onder meer (waarschijnlijk) op het feit dat klager een persoonlijkheidsstoornis
heeft. Dit is echter nooit door een deskundige vastgesteld. Tevens zou er sprake zijn van een zodanig ontwrichtend en ondermijnend gedragspatroon, waardoor het verblijf op een reguliere leefafdeling niet meer passend is. Indien deze grond van
toepassing
is, dient dit grondig te worden gemotiveerd. Daarnaast dient de selectiefunctionaris aan te geven waarom klager wordt geselecteerd voor het beheersregime. De selectiefunctionaris geeft alleen maar aan waarom klager ongeschikt zou zijn voor een regime
van algehele of beperkte gemeenschap. Klager verblijft sinds augustus 2006 in voorlopige hechtenis. Een detentie van dergelijk lange duur dient bij de afweging in welk regime dit moet worden doorgebracht en de beperkingen die daarbij zullen worden
ondervonden, in aanmerking te worden genomen. Tenslotte is het doel van het beheersregime om klager toe te leiden naar een detentiesituatie in algehele of beperkte gemeenschap. Er dient een detentie- en re-integratieplan te worden opgesteld. Dit is nog
niet gebeurd.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift, gericht tegen de selectiebeslissing van 7 september 2011 waarin klager wordt geselecteerd als passant voor de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de locatie De Schie, niet-ontvankelijk
verklaard omdat klager inmiddels is overgeplaatst naar de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de locatie Zoetermeer. Klager werd geselecteerd als passant voor de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de locatie De
Schie
omdat men in de locatie Zoetermeer nog enige aanpassingen moest treffen. De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift, gericht tegen de selectiebeslissing van 7 september 2011 waarin klager wordt geselecteerd voor de afdeling beheersproblematische
gedetineerden van de locatie Zoetermeer, ongegrond verklaard omdat plaatsing in een individueel regime gerechtvaardigd is. Klager vertoont manipulerend gedrag jegens het personeel en intimiderend gedrag jegens medegedetineerden.

4. De beoordeling
4.1 Klager behoort, gelet op zijn status van preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2 Een preventief gehechte, die nog niet in eerste aanleg is veroordeeld, dient te worden geplaatst in een inrichting met een regime van beperkte gemeenschap, tenzij plaatsing in een individueel regime noodzakelijk is. In het individueel regime
kunnen gedetineerden worden geplaatst die op grond van hun persoonlijkheid, gedrag of andere persoonlijke omstandigheden, een ernstig beheersrisico vormen voor zichzelf of anderen en ten gevolge daarvan niet in staat zijn in een regime van algehele of
beperkte gemeenschap te functioneren of te verblijven. Klagers gedrag op de inmiddels opgeheven landelijke afdeling voor beheersproblematische gedetineerden in Vught kan worden gekwalificeerd als manipulerend gedrag jegens het personeel en intimiderend
gedrag jegens medegedetineerden. Één en ander in het bijzonder gezien in combinatie met klagers plaatsing op de GVM-lijst, de aard van de strafbare feiten en de mediagevoeligheid van klagers strafzaak, maken dat de selectiefunctionaris de omtrent
klagers persoonlijkheid en gedrag verstrekte gegevens in redelijkheid heeft kunnen aanmerken als een gegronde reden voor plaatsing als passant op de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden van de locatie De Schie en plaatsing op de afdeling
voor beheersproblematische gedetineerden van de locatie Zoetermeer. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissingen van de selectiefunctionaris kunnen, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk
worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart de beroepen ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in
tegenwoordigheid van E.E.M. Kapel, secretaris, op 16 februari 2012

secretaris voorzitter

Naar boven