Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/3337/GA, 21 februari 2012, beroep
Uitspraakdatum:21-02-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/3337/GA

betreft: [klager] datum: 21 februari 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 3 oktober 2011 van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie Roermond,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voornoemde locatie in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het gedurende twee dagen achterhouden van een voor klager bestemde fax inzake zijn schorsingsverzoek.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
Op 1 september 2011 is aan klager een per fax binnengekomen beslissing uitgereikt die hij op die datum heeft laten aftekenen door een bewaarder. Op 30 augustus 2011 was volgens een bewaarder nog geen fax voor hem binnengekomen. Uit de gegevens blijkt
het tegendeel. Hij heeft niet meer tijdig kunnen reageren omdat hij de fax pas dagen later heeft gekregen. De fax van de beslissing op zijn schorsingsverzoek heeft hij helemaal niet gekregen. Dit is niet de eerste keer dat de directie een fax
doelbewust
achterhoudt. Er is hierover al eerder een beklagzaak geweest.

De directeur heeft in beroep volhard in het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt.

3. De beoordeling
Uit de stukken blijkt het volgende. Klager heeft op 29 augustus 2011 een zogenaamd schorsingsverzoek ingediend bij de voorzitter van de beroepscommissie. Desverzocht heeft de directeur op 30 augustus 2011 zijn standpunt over het schorsingsverzoek
kenbaar gemaakt aan voormelde voorzitter. Een afschrift van dit standpunt van de directeur is op
30 augustus 2011 namens de voorzitter naar de inrichting gefaxt met het verzoek dit met spoed uit te reiken aan klager onder mededeling dat een verdere reactie niet mogelijk is. Dit afschrift is op 1 september 2011 aan klager uitgereikt. De beslissing
op het schorsingsverzoek is eveneens gedateerd op 1 september 2011.
Aan de orde is de vraag of de uitreiking van het afschrift van het standpunt van de directeur dat op 30 augustus 2011 gefaxt is aan de inrichting met het verzoek het met spoed aan klager uit te reiken inderdaad ook met spoed is uitgereikt. Naar het
oordeel van de beroepscommissie dient er naar te worden gestreefd stukken in een schorsingsprocedure aan een klager uit te reiken op de dag dat ze binnen komen in de inrichting, tenminste wanneer er, zoals in het onderhavige geval, vanwege de
voorzitter
middels vermelding van de woorden spoed op een faxbericht wordt verzocht om die stukken met spoed uit te reiken.
Nu van uitreiking op de dag inkomst of zelfs maar op de daarop volgende dag geen sprake is geweest, terwijl geen bijzondere redenen zijn aangevoerd waarom zulks niet te realiseren viel, dient het beklag alsnog gegrond te worden verklaard. Nu niet
aannemelijk is dat klager daadwerkelijk enig ongemak van de late uitreiking heeft ondervonden - een reactie was niet mogelijk en de beslissing op het schorsingsverzoek is er niet door vertraagd - is er geen aanleiding tot toekenning van enige
tegemoetkoming.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.A.M. de Wit en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. U. Ramdihal-Poeran, secretaris, op 21 februari 2012

secretaris voorzitter

Naar boven