Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/2187/TA, 13 februari 2012, beroep
Uitspraakdatum:13-02-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/2187/TA

betreft: [klager] datum: 13 februari 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.J. Lieftink, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 28 juni 2011 van de beklagcommissie bij FPC De Rooyse Wissel te Venray, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 7 december 2011, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. J.J. Lieftink, en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting, [...], juridisch
medewerker.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de interne overplaatsing van klager naar de afdeling Aswan 1 te Maastricht.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager wordt feitelijk beperkt in zijn therapieën, waardoor zijn behandeling vertraging oploopt. Hij wordt verder belemmerd in zijn contacten
met zijn netwerk, dat aangeeft nauwelijks tot geen mogelijkheden meer te zien om klager te komen bezoeken. Uit het behandelplan van 18 november 2010 blijkt dat voor het daaropvolgende half jaar zou worden ingezet op psychotherapie, delictanalyse, het
traject leren werken. Het maatschappelijk werk zou het contact onderhouden met het netwerk. Klager volgde in Venray al therapieën als socio, basiseducatie, individuele psychotherapie en vaktherapie individueel beeldend en een blok grafisch. Van deze
therapieën is na de interne overplaatsing alleen over de socio en de delictanalyse cq. de delictdynamiek. De vaktherapie individueel muziek komt niet van de grond omdat de medewerker afwezig is en ook psychotherapie wordt niet meer gegeven. Duidelijk
wordt dat de doelstellingen zoals verwoord in het behandelplan van 18 november 2010 niet zullen worden gehaald en dat hierdoor ernstige vertraging optreedt in de behandeling. De kwaliteit van het behandelklimaat en leefklimaat op de locatie in
Maastricht is verre van optimaal. Het geringe aanbod en de duur van de wachttijden voor verschillende therapieën en trainingen is zorgwekkend. Dat de behandeling vertraging oploopt wordt door de behandelaars erkend. Klager zou psychotherapie ontvangen,
maar hem wordt nu medegedeeld dat hij dat niet meer nodig heeft.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Bij de interne overplaatsing van klager is een vertraging in de behandeling opgelopen van twee a drie maanden. Het volledige
behandelplan is overgenomen. Klager heeft zich heftig verzet. Dit heeft ook tot verdere vertraging geleid. De psychotherapie was voor klager niet meer nodig. Er zijn enkele therapieën al afgerond, zoals vaktherapie drama en maatschappelijk werk
individueel. In het behandelplan van 16 november 2011 is opgenomen dat een machtiging begeleid verlof zal worden aangevraagd.

3. De beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. De beroepscommissie acht het aannemelijk dat door de (interne) overplaatsing naar de afdeling Aswan 1 te
Maastricht enige vertraging in de behandeling is opgetreden, volgens het hoofd van de inrichting zo’n twee à drie maanden. Daarmee is echter nog geen sprake van een situatie waarbij het recht op behandeling van klager is geschonden. Het beroep zal
derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. C.A.M. Schaap-Meulemeester, voorzitter, mr. drs. L.C. Mulder en mr. R.P.G.L.M. Verbunt, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 13 februari 2012

secretaris voorzitter

Naar boven